Zoeken in deze blog

dinsdag 19 augustus 2025

Alles voor de winst

'Alles voor de winst' heet het tweede hoofdstuk van Het begon met peper, de geschiedenis van Indonesië en Nederland en dat is een treffende kenschets van wat alle veroveraars van de eilanden in de Gordel van Smaragd bezig hield. Hoe dat ging, dat wordt in dit boek onverbloemd verteld en dat is een grote verdienste. Alleen daarom al zou het in geen enkele schoolbibliotheek mogen ontbreken.

 


Een aanklacht, à la Max Havelaar? Nee, daarvoor hanteren de vertellers een te laconieke stijl. En, zoals achterin in 'Lees dit ook nog' staat:
 
Ook jij bent niet verantwoordelijk voor dingen die voor jouw geboorte zijn gebeurd. Maar je moet het wel weten, zodat je ervan kunt leren en kunt voorkomen dat zoiets nog een keer gebeurt. Het is dus fantastisch dat jij dit boek hebt gelezen!
 
Mooi geformuleerd. En optimistisch genoeg om de jonge lezer wat hoop te geven.
Laten we de coltan-mijnen in Afrika nog even buiten beeld houden. Dat is voor een ander verhaal. We hoeven onze kinderen nog niet meteen te verpletteren met de narigheid die ook tegenwoordig nog uitgehaald wordt in de jacht op grondstoffen. Alleen wij volwassenen mogen ons wel realiseren dat 'zoiets' nog steeds gebeurt, al is het wellicht niet meer zo grootschalig als die vier eeuwen waarin Europeanen rijke streken in andere werelddelen overvloedig plunderden. De 'VOC-mentaliteit' zullen we maar zeggen, in 2006 nog aangeprezen door een christelijk geïnspireerde politicus.
 
Terug naar hoofdstuk 2. Eerste tekst, als inleiding:
 
Je weet nu dat Indonesië een land is met prachtige natuur, waar veel bijzondere planten groeien. Die planten, die zijn het begin van het verhaal over de geschiedenis van Nederland en Indonesië. Om bomen en planten uit Indonesië werden namelijk oorlogen gevoerd, mensen vermoord of tot slaaf gemaakt. Want een peperplant was in die tijd net zoiets als een goudmijn. Kijk om te beginnen maar in jullie keukenkastje of in de koektrommel. Zie je kaneel, nootmuskaat of een pak speculaasjes? Gevonden? Dan beginnen we daar.
 
Volgt meteen uitleg over 'specerijen', met name peper, kaneel, kruidnagel, nootmuskaat en foelie. Heel duidelijk allemaal, met afbeeldingen. Helaas niet terug te vinden in het register achterin, dat is wat mager uitgevallen. (Ook Balkenende ontbreekt, al wordt hij, mét die uitspraak, wel genoemd in het boek.) Fijn is de uitleg van het woord peperduur.
Vervolgens gaat het over vaarroutes, de eerste reizen, handelsposten en zo verder. 'Hoe Nederland rijk werd van Oost-Indië', de ondertitel van het hoofdstuk. Ongeveer de periode 1500-1800. 
Gevolgd door hoofdstuk 3, 'Ploeteren op plantages, onderdrukking in de kolonie', 4, 'Kampen, honger en spoorlijnen , de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië', 5, 'Vrij, maar toch niet vrij, de oorlog om onafhankelijkheid', 6, 'Van korte broek naar winterjas, hoe honderdduizenden mensen moesten verhuizen naar Nederland' en 7, 'Patat met pindasaus, hoe je Indonesië overal in Nederland tegenkomt'. Voorafgegaan door hoofdstuk 1, 'Het land van duizend eilanden, kennismaken met Indonesië'.
Elk hoofdstuk wordt ingeleid en uitgeleid, dat laatste met een samenvatting ('In het kort') en 'Om over na te denken'. Uitstekend en verantwoord gedaan, en overvloedig en goed geïllustreerd. Achterin ook nog een 'tijdlijn', ook een soort samenvatting, genoemd register, bronnen, beeldverantwoording en onder 'Verder lezen' zeven titels, de meeste fictie.
 
De twee citaten hierboven tonen hopelijk ook dat er is nagedacht over de gewenste lezers: kinderen en andere mensen vanaf een jaar of tien. Niet te ingewikkeld, geen tekst over de hoofden van jonge lezers heen. Nog een derde citaat om dat te staven, uit hoofdstuk 1:
 
Magische krachten
 
Indonesiërs en ook veel mensen die in Indonesië gewoond hebben, weten wat guna-guna is. Volgens dit geloof hebben sommige mensen magische krachten. Ze gebruiken spreuken, rituelen of voorwerpen om een probleem voor je op te lossen. De mensen die dit kunnen, noem je dukun.Je kunt naar een dukun als je goede wensen hebt, zoals een goede oogst krijgen, of als je beter wil worden van een ziekte. Maar met de magie kun je ook slechte dingen doen, bijvoorbeeld iemand ziek maken op wie je boos bent, of iemand beheksen.De kunst van guna-guna wordt in sommige families van generatie op generatie doorgegeven. Of de magie echt is of niet, het geloof in guna-guna kan heel sterk zijn.
 
Wijze laatste zin, en de tekst is helder genoeg, tenzij je niet weet wat een ritueel is. (Dat zoeken we op.)
Verder, en dat is een tweede puntje van kritiek na het magere register, wordt niet verteld hoe je woorden als guna-guna, dukun en (p. 17) namen als Puncak Jaya uitspreekt. Jammer! Een uitspraakgidsje had er achterin nog wel bij gekund.
Een derde puntje: onder 'Verder lezen' worden alleen boektitels genoemd, en geen websites. 
 
Deze puntjes van kritiek laten onverlet dat Het begon met peper een kloek en schitterend geschiedenisboek is, informatief, ruim en doeltreffend geïllustreerd, en leesbaar. Zoals al gemeld, het hoort in iedere schoolbibliotheek.
 
 
Boogaars, Marrit, Annemiek de Groot, Juul Lelieveld en Liesbeth Rosendaal. Het begon met peper, de geschiedenis van Indonesië en Nederland. Illustraties van Dido Drachman. Gottmer, 2025. ISBN 978 90 257 7839 4, 224 p.    
 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten