Las ik nou ergens dat Jorine Lamsma megablij was? Het zou haar gegund zijn.
Want natuurlijk is Oratie Cupido een aardig verhaal, over twee vriendinnen die een list verzinnen om het liefdesleven van hun ouders in goede banen te leiden. Het loopt goed af en het blijft vrolijk in het midden of hun listige besognes dat teweeg hebben gebracht. Een verhaal waarvan vast wel wat twaalfjarige meisjes van zullen genieten, vooral als ze net als de twee vriendinnen-vertellers in de 8e groep zitten en zich al bezighouden met de middelbare school. (Ze willen natuurlijk naar dezelfde.) En nog meer als ze met scheidende ouders te maken hebben.
Het was voorspelbaar dat uw blogschrijver, die deze periode redelijk ver achter zich heeft liggen (heette toen nog 6e klas), al vrij snel begon te bladeren. Het taaltje van Deesje en Charlie, de twee vertellers die om en om aan het woord zijn, werkt misschien aanstekelijk voor achtstegroepers, maar ja...
Alles is mega-interessant voor die meiden, ik dacht eerst te gaan bijhouden hoe megaveel het voorvoegsel mega voorkwam, of zoiets als geweldig, maar het was me de moeite niet waard. Ze kletsen maar voort, die meiden, licht opgewonden. Met een wat afstandelijker verteller was het verhaal minstens de helft korter geworden, vermoed ik.
Intussen is het wel vermakelijk dat ze hun verhaal presenteren als een boek-in-wording, waarvoor ze een ander boek-in-wording even laten liggen. Dát boek zou Roel en het raadsel van de Radboudstraat gaan heten... echt zo'n lekkere doorsnee-kinderboektitel.
Nota bene vertelt Deesje in dit toch wel erg dagboek-achtige verhaal dat ze er een dagboek op nahoudt, in een schrift, en daaruit citeert ze zo nu en dan, zie bijvoorbeeld p. 43.
Ook opmerkelijk: ze krijgt op haar verjaardag een boek cadeau dat zo'n vijf jaar geleden is verschenen: Uit elkaar, van Bette Westera en Sylvia Weve, Sluikreclasme? (Zie p. 44.)
En omdat ze een boek aan het schrijven zijn, krijgen we een enkele keer ook nog eens wat schrijftips, bijvoorbeeld op p. 47, van Charlie:
Wanneer mijn broertje Joris van zes een verhaal vertelt, zegt hij: 'En toen dit en toen dat en toen zus en toen zo...' (Niet letterlijk natuurlijk.) (Bij 'dit' en 'dat' en 'zus' en 'zo' vult hij dan van alles in.) Wat hij heeft meegemaakt vertelt hij in de volgorde waarin het is gebeurd en hij laat niets weg. Wij luisteren allemaal geduldig en met een glimlach. Hij is namelijk onweerstaanbaar schattig. Op mijn zesde luisterde ook nog iedereen geduldig naar mij wanneer ik aan het woord was ('en-toen-en-toen-en-toen') (op mijn zesde was ik ook onweerstaanbaar schattig), maar als ik nu zeg: 'En toen ging ik naar school, en toen zag ik Deesje, en toen ging juf Sarah beginnen met de les, en toen gingen we rekenen...' dan gaan mama, Bibi en Gijs iets anders doen.
Kill your darlings is dus belangrijk als je een verhaal vertelt: je hoeft niet ALLES te vertellen. Dat is moeilijk, want ALLES lijkt belangrijk. Maar dat is niet zo. Zelf kun je dat moeilijk beoordelen. Achteraf lukt het vaak beter om te zien wat niet echt nodig is. Dan zie je bijvoorbeeld dat je hele stukken kunt overslaan of samenvatten. Als je een sprong in de tijd maakt, dan heet dat 'flashforward', of gewoon: een sprong in de tijd.
Deesje en ik waren helemaal losgegaan met schrijven, tot we het voor elkaar gingen voorlezen en dachten: eigenlijk best saai. Typisch een gevalletje 'kill your darlings'. Ik hoorde het mijn moeder al zeggen. Dus hebben we een heleboel weer weggehaald. Schrijven is schrappen, volgens mama. En nu ga ik samenvatten wat er is gebeurd tot de eerste week na de kerstvakantie, want het wordt weer pas echt interessant in januari.
Oef. Schrijven is schrappen? Hm.
Wel erg vlotgebekt trouwens, deze twaalfjarige... en die andere ook al. Maar ja, schrijvers in de dop hè...
Afijn, dankzij mijn geblader kan ik melden dat er een happy end is. Fijn hè!
Lamsma, Jorine. Geweldig plan: Opera Cupido (door Deesje en Charlie). Lemniscaat, 2024. ISBN 978 90 477 1712 6, 124 p.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten