Zoeken in deze blog

maandag 3 juni 2013

Een oud hondje

'Ik heb een oud hondje, Binkie. Hij is blind. Hij kan zich alleen maar redden door in twee tijden te leven. Als hij van zijn mand naar de etensbak loopt, leeft hij in het heden van zijn honger en in het verleden van toen hij nog kon zien. Hij kan zijn etensbak vinden en overleven dankzij het feit dat hij zijn verleden actief maakt. 
In principe zijn wij mensen net als Binkie afhankelijk van het verleden om te overleven. We zijn allemaal blind en varen op ons verleden om voort te kunnen. Elke handeling die we uitvoeren, heeft een vracht aan geschiedenis achter zich. 
Dat geldt voor de allerkleinste dingen, zoals de beweging van een vork naar de mond, maar ook voor de grotere zoals het luisteren naar een symfonie van Stravinski, die we alleen kunnen appreciëren, omdat er een verleden van luisteren naar steeds moeilijker muziek aan vooraf is gegaan. 
Wat voor ons persoonlijk leven geldt, geldt des te sterker voor het collectieve verleden. Aan onze hap eten op een vork is een beschavingsgeschiedenis van eeuwen voorafgegaan. Niets bestaat zonder een geschiedenis.'

Zo begon de eindexamenopgave Nederlands, tekstanalyse, voor het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Een tekst van Marita Mathijsen.
Er is commotie ontstaan doordat een ruime hoeveelheid hoogleraren een bericht stuurde naar de onderwijsspecialisten van de Tweede kamer, met deze tekst:
'Aan de onderwijsspecialisten van de fracties van de Tweede Kamer:

De ondergetekenden spreken hun zorg uit over de eindexamens Nederlands zoals deze momenteel in scholen voor vwo, havo en vmbo afgenomen worden. De afgelopen weken is er in de kranten gewezen op problemen die er zijn met de (open en meerkeuze-)vragen die gebruikt worden. Bovendien bleek bij journalistieke navraag (NRC Handelsblad van 27 mei 2013) dat er geen wetenschappelijke of praktische basis is voor de terminologie die in de vragen gehanteerd wordt. Ook de beroepsvereniging voor leraren Levende Talen heeft zich tegen de huidige vorm van examinering uitgesproken.

Het onderwijs in taal heeft sinds enkele jaren de hoogste prioriteit. Naar ons oordeel is dit terecht. We hebben echter grote twijfels of de opleiding tot het huidige eindexamen iets bijdraagt aan de daadwerkelijke kennis van taal of de taalvaardigheid van de leerlingen. Tegelijkertijd staat het onderzoek naar taal en tekststructuur in Nederland op een internationaal zeer hoog niveau. Het is jammer dat hiervan niets doordringt tot het examen.

Wij roepen daarom op tot een ingrijpende herziening van het eindexamen Nederlands, op alle niveaus. De inhoud van het schoolvak Nederlands zou, net als bij andere schoolvakken, altijd een combinatie van kennis en vaardigheden moeten zijn, die op een verantwoorde manier getoetst wordt. Op dit moment worden er in het eindexamen geen taalwetenschappelijke kennis of taalvaardigheden getoetst, en wat er wel getoetst wordt, is onverantwoord. '

En dat initiatief leidde tot een petitie met de volgende tekst:
Wij
(aspirant-)docenten Nederlands op alle onderwijsniveaus; scholieren; ouders; betrokken burgers
constateren
dat er grote problemen zijn met de (open en meerkeuze-)vragen die gebruikt worden in het huidige eindexamen; dat er bovendien geen wetenschappelijke basis is voor de terminologie die in de vragen gehanteerd wordt. Het onderwijs in taal heeft sinds enkele jaren de hoogste prioriteit. We hebben echter twijfels of de opleiding tot het huidige eindexamen iets bijdraagt aan daadwerkelijke kennis van taal of taalvaardigheid.
en verzoeken
daarom een ingrijpende herziening van het eindexamen Nederlands, op alle niveaus. De inhoud van het schoolvak Nederlands zou, net als bij andere schoolvakken, altijd een combinatie van kennis en vaardigheden moeten zijn, die op een verantwoorde manier getoetst wordt.  '
(Zie Neder-L voor de hooggeleerdentekst en aanvullende links, en zie hier voor de precieze tekst en mogelijkheid tot ondertekening.)

Als ik zo'n actie zou willen beoordelen, zou ik eigenlijk eerst zelf het examen moeten doen in plaats van afgaan op een stukje in een krant. Dat zou kunnen, hier zijn alle tekst en opgaven te vinden.
Toch deel ik meteen al de geschetste bezwaren tegen opgave nummer 1:
' Welk van onderstaande middelen wordt in de inleiding van de tekst ‘Ik was, dus ik ben’ vooral gebruikt? 
A bij de actualiteit aansluiten 
B een grappige toonzetting hanteren 
C een onverwachte vergelijking maken 
D een prikkelende stelling poneren 
E het belang van het onderwerp benadrukken  '
Er is niet één helder antwoord dat de vier andere uitsluit. En of ik iets grappig vind of prikkelend, beslis ik graag zelf. Zo'n oordeel aanvaard ik nog wel van een recensent, maar niet van mijn regering. Er is inderdaad 'geen wetenschappelijke basis' voor. Hierin ben ik niet uniek. Om de journalist-van-dienst (Ianthe Sahadat) van de Volkskrant te citeren:
'Over het vwo-examen ontstond twee weken terug grote commotie omdat bij veel vragen meerdere antwoorden mogelijk bleken. Zowel leerlingen, leraren Nederlands als hoogleraren mengden zich in de discussie. Er waren zelfs vragen waarbij, met een beetje goede wil, elk antwoord te beargumenteren viel. Een kwart van alle leerlingen diende een klacht in bij het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS).'
Na enig bladeren door de examenvragen kan ik me dat voorstellen.

Nu kwam dat examen natuurlijk niet uit de lucht vallen. Ergens in Nederland moeten nu enkele mensen zich verbijten van ergernis of schaamte: de makers van het examen! Het College voor Examens vermeldt geen namen, maar het zullen waarschijnlijk collega's zijn van diezelfde docenten die de petitie ondertekenen, of van de hoogleraren die hun bezwaar hebben geuit.
Het wachten is op hun verdediging.

En dan is er natuurlijk nog een vraag: wie gaat het examen van volgend jaar maken? Zal dat dan wel eenduidige juiste antwoorden bevatten?
Is dat eigenlijk wel mogelijk?


Geen opmerkingen:

Een reactie posten