Voor de komende update van de website horend bij Verborgen talenten (waarvan net een eerste bijdruk verscheen, met hier en daar correcties) ontving ik verscheidene boeken.
Daaronder twee die ik vergelijkende aandacht waard vind.
Over de dinosaurus en andere prehistorische dieren, encyclopedie voor jong en oud ziet er indrukwekkend uit. Er is veel goud gebruikt in de belettering (en op de schutbladen), er is een leeslint, het buigzame omslag voelt ondanks de plastificering prettig aan en het staat vol afbeeldingen. Achterin zijn een register en een begrippenlijst te vinden. 'Een geweldige encyclopedie over de wereld van de meest fantastische uitgestorven wezens', jubelt de achterkant.
We gingen achter hamsters aan, mee met de ambulance van Bibi Dumon Tak ziet er uit als een doorsnee-kinderboek, met een solide, harde en geplastificeerde band. 'De dierenambulance helpt alle dieren in nood. Bibi Dumon Tak meldde zich aan als vrijwilligster en schreef er een boek over', meldt de achterkant. Bij doorbladeren zie je al snel dat er wat doffe, zwartwit foto's in staan.
Tot zover de eerste indruk.
Nadere inspectie leert meteen dat wat betreft Over de dinosaurus mensen kennelijk tot de 'fantastische uitgestorven wezens' en de 'andere prehistorische dieren' mogen worden gerekend, want die worden behandeld op p. 244-245 - althans, de voorlopers van homo sapiens. Het boek start dus met wat slordigheden, maar het blijft, zo mogen we geloven, 'een wetenschappelijk verantwoord naslagwerk voor thuis en op school'.
Achterop Achter hamsters aan staat zoals al geciteerd precies wat het boek inhoudt. We mogen geloven dat 'alle verhalen spannend, ontroerend en soms zelfs grappig' zijn, 'niet verzonnen, maar stuk voor stuk WAARGEBEURD!'. Bij dat van dat spannend enzovoort denk ik, dat maak ik zelf wel uit, maar voor het overige klopt het. Wel vraag ik me af hoe het kan dat er achterop een boek uit 2014 geciteerd wordt uit een recensie in Leesgoed, een tijdschrift dat (helaas) eind 2012 ophield. Enig speuren bracht aan het licht dat het citaat niet uit Leesgoed maar uit Kidsweek komt.
Ik begin met het sjieke boek. Wie het schreef staat niet vermeld, wel dat dr. Douglas Palmer wetenschappelijk advies gaf. Dat is verrassend, want Amazon.com vermeldt bij de oorspronkelijke editie Douglas Palmer als auteur, en dan nog een die vermeld staat bij veel andere (non-fictie) boeken.
De inhoudsopgave toont acht hoofdstukken: Oude werelden, Vissen, Amfibieën, Vroege reptielen, Dinosauriërs, Vogeldinosauriërs, Synapsiden, Zoogdieren. Ik heb er verbaasd naar zitten kijken, want om te beginnen dacht ik dat het over één wereld ging, de onze. Maar 't is overdrachtelijk bedoeld, natuurlijk.
Het eerste hoofdstuk start, tegen de achtergrond van een donderbui boven een rokende en lava uitspuwende vulkaan in een stenig landschap, met de mededeling die je goed moet lezen:
Als dit de voorgeschiedenis van onze planeet is, wat is dan de geschiedenis? Afijn.
Ik sla de bladzijde om en zie een tijdlijn. Niet van 4,5 miljard jaar, zoals ik verwachtte, maar vanaf ongeveer 500 miljoen jaar geleden, vanaf het Cambrium. Waar bleven de overige vier miljard jaar?
Uit de toelichting (p. 8-9) begrijp ik dat ik kijk naar het Fanerozoïcum, waarin het allereerste leven op aarde verscheen en dat begint met het Cambrium. Dat is een tijdperk en het Fanerozoïcum een eon, die of dat weer onderverdeeld blijkt in drie era's. Veel geleerd op 2 pagina's, maar ik moest er wel wat moeite voor doen.
Op de volgende twee bladzijdes (10-11) wordt me uitgelegd hoe de aarde is ontstaan, terug in de tijd dus, met in de bijschriften wat aarzelingen: 'misschien', 'geleerden denken', 'wetenschappers denken' (wat is het verschil?), 'geologen weten nog altijd niet zeker', bij plaatjes (zie onder) die onbegrijpelijk zijn zonder die bijschriften, en dan nog.
Op de hiernavolgende bladzijden wordt me verteld dat de 'oudste fossiele overblijfselen van leven op aarde zijn gevonden in rotsen die zo'n 3,5 miljard jaar geleden op de zeebodem gevormd werden'. 'Primitieve algen en bacteriën.'
Hè? Het leven ontstond toch pas een half miljard jaar geleden, volgens p. 8?
Op p. 14 begin ik echt te betreuren dat die tijdlijn zo kort was, want daar worden twee nieuwe periodes voorgesteld, het Ediacarum als 'laatste deel' van het Precambrium en hoe lang dat duurde, daarnaar moet ik raden. Op de onderste helft van de bladzijden worden wat beesten aan mij voorgesteld: Springgina, Charnia, Ernietta en anderen. Aangenaam kennismaken, maar waarom juist deze beesten? Helaas, en dat geldt ook voor de andere pagina's tot en met de apen op p. 240-241, wordt mij niet uitgelegd of dit a) álle gevonden soorten zijn, of b) de meest voorkomende, of c) de meest bijzondere (en waarom dan), of d) een willekeurige greep.
Tevens begint op p. 15 een eerste van een reeks plaatjes over 'veranderende continenten'. Uit dit eerste plaatje werd ik meteen al niet wijs. Kijk en lees even mee:
Waar ligt Pannotia?
Wordt ook op p. 16 niet duidelijk, en daar is de begeleidende tekst al heel vreemd:
Ook op p. 19 blijft Pannotia voor ons verborgen.
Daarentegen drijft er vanaf het begin een land Gondwana mee in de zee. Dat wordt niet toegelicht. Deze plaatjes zijn onbegrijpelijk. Waarom niet de moeite genomen om een simpele animatie op internet te zetten? Er zijn er al, bijvoorbeeld hier of hier, of in omgekeerde volgorde (van nu naar ooit, in de toekomst) hier.
Twee conclusies: de uitleg over bewegende continenten is slecht en de pagina in pagina uit voorthobbelende reeks beesten (over planten vermeldt dit boek erg weinig!) lijkt veelal een willekeurige greep, zie boven.
Maar er hoort een derde bij: soms is het verband tussen de tekst en de afgebeelde beestenreeks onbegrijpelijk. Ik neem p. 25 als voorbeeld.
Vergeefs zocht ik naar de 'duizendpootachtige geleedpotigen' op de afbeelding (die zich ook uitstrekt op p. 24, maar dat kan mijn scanner niet aan, sorry), en ik moet ernaar raden of die Bothriolepis nu zo'n voorbeeld is van een vis met 'gespierde vinnen'. Op p. 27 staat wel een miljoenpoot afgebeeld, maar ja, wat moet ik daarmee? En met die Pulmonoscorpius ernaast, die een landschorpioen lijkt terwijl de tekst erboven rept over 'eurypteriden (zeeschorpioenen)'? En wat zijn (p. 26) 'reptielachtige voorlopers van zoogdieren' precies? (Wordt pas op p. 178 e.v. uitgelegd.) Wat moet ik met mededelingen (ook p. 26) als dat 'het landschap werd gedomineerd door planteneters die door vleeseters werden belaagd. Gepantserde amfibieën leefden zij aan zij met de hagedisachtige Milleretta.' (Die Milleretta staat eronder afgebeeld, dat dan weer wel.) Overigens wordt ook nergens uitgelegd hoe die dieren aan hun schilderachtige namen komen.
Ik kan zo doorgaan. Er valt heus wel iets te zien in, leren uit en na te slaan in dit boek, maar ondanks het sjieke uiterlijk en het register plus begrippenlijst is het geen goed boek. Dit kan echt veel beter.
In vergelijking met het voorgaande boek oogt We gingen achter hamsters aan heel gewoontjes. De foto's zijn zwartwit kiekjes. Dat wordt uitgelegd: 'De meeste foto's in dit boek heb ik zelf gemaakt, met mijn telefoon. De foto's zijn snel gemaakt om het dier niet te veel te storen.' De bijschriften bij de foto's zijn to the point. Neem bijvoorbeeld Lina, p. 7:
Duidelijk. En niet alleen dat, het bijschrift betrekt mij onmiddellijk bij het verhaal en zo gaat dat met alle foto's en bijschriften in dit boek. Ze staan ook op de goede plek. De pagina's mogen dan enkel in zwart gedrukt zijn, de paginanummers zijn wel voorzien van een vignet dat het soort dier afbeeldt waarover het hoofdstuk gaat en de hoofdstuktitel staat ernaast. Dat maakt bladeren makkelijk. Aan het eind van elk hoofdstuk staat nog wat uitleg. Zo bijvoorbeeld:
Dit stukje toont nog iets anders: het is buitengewoon vlot en begrijpelijk geschreven.
Dat geldt voor de hele tekst. Hij laat zich lekker voorlezen! Er hoeft niets uitgelegd of opgezocht te worden. Voordat ik het wist, zat ik naast de verteller in de ambulance en, om de recensent van Kidsweek (en dus niet Leesgoed) te parafraseren, reisde ik eerste klas mee en werkte ik mee aan de redding van meer dan één rode kater, een in het nauw gedreven kat en haar jonkies, van duiven, een vleermuis, een schildpad, een reiger, honden en wat niet al. En ik raakte vanzelf gehecht aan de types die de ambulances bevolken, van kattenliefhebster Rosie tot de 'nerd' Pier, die zo lang is dat hij opgevouwen achter het stuur zit, en hoopte mee dat 'de Een' (wagen) het toch weer zou doen.
Leuk ook dat ze met die egels, op zoek naar een mooi plekje, terecht kwamen op begraafplaats Zorgvlied.
'Tinke liet hem instappen en zo reden we even later tussen de graven door op zoek naar een mooie plek.
"Hé!", riep Tinke ineens. Ze wees naar een kleurige steen. "Dat is het graf van mijn lievelingsschrijfster."
Ik zag bloemen en een lantaarntje en de naam Annie M.G. Schmidt.
"De mijne ook," zei de beheerder.
"Dan laten we hier de egels vrij," zei Tinke, "ik weet zeker dat we haar daar heel gelukkig mee maken."
We stapten uit en zetten de kooi met de egeltjes boven op het graf van de schrijfster van Jip en Janneke. Omdat de zon fel brandde durfden ze er eerst niet uit toen we het deurtje openzetten. Egels worden pas in de schemer actief, dus brachten we ze naar een donker plekje achter het graf, Daar scharrelden ze eerst wat tussen de dorre bladeren voordat ze in het kreupelhout verdwenen.'
Als directeur van de Amsterdamse dierenambulance zou ik heel erg blij zijn met zo'n boek. Onbegrijpelijk dat het op de website niet wordt genoemd.
Ik heb de met een Griffel bekroonde non-fictie boeken (nog) niet gelezen, maar verbaas me er bij voorbaat al over dat dit boek niet is bekroond, zelfs geen Vlag-en-Wimpel kreeg. Die wel bekroonde boeken moeten dan wel heel erg goed zijn.
In het verleden gebruikte ik wel eens dit lijstje criteria:
Beoordelen non-fictie voor kinderen, 10 criteria voor het beoordelen van non-fictie:
1. Beschrijft de titel waar het boek over gaat?
2. Staat er op de achterkant een adequate beschrijving, begrijpelijk ook voor de veronderstelde lezer? Wekt die beschrijving op tot lezen?
3. Is de indeling helder? D.w.z., kan de veronderstelde lezer uit de hoofdstuktitels een structuur afleiden, een pad om te gaan?
4. Is er een index? Een woordenlijst? Zo ja, zijn die echt nodig en adequaat? (Dat betekent dat je in de tekst geen moeilijke woorden tegenkomt die niet in de woordenlijst verklaard worden.) Zo nee, worden de moeilijke woorden die er eventueel toch zijn in de tekst verklaard?
5. Is de tekst afgestemd op de veronderstelde lezer? (Dus: niet te moeilijk, maar ook niet te makkelijk of kinderlijk.) Wekt de tekst op tot doorlezen? Is de lay-out helder? De letter groot genoeg?
6. Worden er voldoende afbeeldingen geboden van in de tekst genoemde concrete (d.w.z. niet abstracte) zaken, zoals gebouwen, dieren, planten, kostuums, gerechten e.d.?
7. Omgekeerd, hebben de afbeeldingen zin? D.w.z., sluiten ze aan bij de tekst, wordt ernaar verwezen? Zo niet, verklaart een bijschrift de aanwezigheid van de afbeelding? Zijn de bijschriften leesbaar (letter groot genoeg) en begrijpelijk?
8. Zijn de afbeeldingen goed afgedrukt en helder, beelden ze inderdaad dat af waarnaar verwezen wordt?
9. Worden passages met getallen verhelderd door tabelletjes (ook: tijdlijnen)?
10. Last but not least en het lastigst te beoordelen: is de tekst juist? Is de geboden informatie evenwicht en met de juiste afstand c.q. onpartijdigheid beschreven?
Ik zal nu niet criterium voor criterium nalopen, maar het mag duidelijk zijn dat toepassing op beide besproken boeken een onvoldoende oplevert voor de tyrannosaurus (Over de dinosaurus en andere prehistorische dieren) in het Krijt en een dikke voldoende, nu ja, zeg maar uitmuntend, voor de egel op het graf van Annie M.G. Schmidt (We gingen achter hamsters aan).
NB. Bij nader inzien weet ik niet of ik die dino's wel ontving voor Verborgen talenten. Ik vermoed dat ik het zelf een tijd geleden heb aangevraagd.
[Douglas Palmer.] Over de dinosaurus en andere prehistorische dieren, encyclopedie voor jong en oud. Gottmer, 2015. ISBN 978 90 257 5998 8, 256 p. Oorspr.: Children's Dinosaur and Prehistoric Animal Encyclopedia, Marshall, 2014. Vormgeving: Marisa Renzullo en Malcolm Parchment.
Bibi Dumon Tak. We gingen achter hamsters aan, mee met de ambulance. Querido, 2014. ISBN 978 90 451 1718 8, 270 p.
NB, d.d. 23-09-2015. Op deze dag ontving ik de aankondiging van een vervolg: We gingen op krokodillenjacht, mee met de ambulance.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten