Zoeken in deze blog

dinsdag 26 april 2011

New Review of Children's Literature and Librarianship

Het vaktijdschrift  New Review of Children's Literature and Librarianship verschijnt twee keer per jaar. Je kan er een abonnement op nemen, maar je kan je ook registreren en dan (minder recente) nummers inzien. Het is zowel in druk als online te lezen en een persoonlijk abonnement kost € 43,-, wat ik voor twee maal vier artikelen een stevige prijs vind, vergeleken met Nederlandstalige periodieken als Leesgoed en Literatuur zonder leeftijd. Artikelen zijn ook los te koop, als pdf. Je kan je laten waarschuwen als er een nieuw nummer is verschenen, zoals onlangs jaargang 17 nummer 1, met de volgende artikelen:

- The European Context of Nazor's Children's Stories on the Theme of Crossing Over the Worlds
door Sanja Frankovic
- The Children's Book Council of Australia and the Judging of Literary Excellence
door Mark Macleod
- The Changing Portrayal of Pirates in Children's Literature
door Alexandra Phillips
- From Slate to Slate:What Does the Future Hold for the Picturebook Series?
door Ghada Al-Yaqout.

Master jeugdliteratuur

Even een bericht uit Tilburg doorgeven: de docenten voor de masteropleiding jeugdliteratuur zijn bekend: Helma van Lierop-Debrauwer, Vanessa Joosen, Odile Heynders en Coosje van der Pol. Ook het onderwijsprogramma  is gepubliceerd, zie de nieuwsbrief van deze masteropleiding.
Op 19 mei is er een voorlichtingsavond voor aspirant-masterstudenten en daar zal ook informatie over deze opleiding gegeven worden.
Ik vind het bijzonder verheugend dat die masteropleiding er is en hoop dat de organisatoren er in slagen voldoende studenten te lokken.

vrijdag 22 april 2011

Sprookjesonderzoek

Jarenlang hield Vanessa Joosen zich bezig met sprookjes, menig artikel getuigde er van. En nu verscheen april 2011 van deze onderzoeker, werkzaam aan de Antwerpse universiteit, een proefschrift: Critical and Creative Perspectives on Fairy Tales: An Intertextual Dialogue between Fairy-Tale Scholarship and Postmodern Retellings. 384 p., ISBN 9780814334522, Wayne State University Press. Waarom ze helemaal naar deze uitgeverij moest voor uitgave, wil ik haar bij gelegenheid nog eens vragen.
'With three key texts from the 1970s at the center of her discussion—Marcia K. Lieberman’s “Some Day My Prince Will Come,” Bruno Bettelheim’s The Uses of Enchantment, and Sandra Gilbert and Susan Gubar’s The Madwoman in the Attic—Joosen connects the critical views expressed in these feminist and psychoanalytic interpretations with fictional fairy-tale retellings and illustrations that have been published in Dutch, English, and German since the 1970s.' Aldus de samenvatting op haar Antwerpse webpagina.
Ik hoop het boek te gaan bespreken.

dinsdag 19 april 2011

Computerprogramma voor kinderen die moeite met lezen hebben

Het nieuws hing al sinds 3 maart jl. in mijn e-post: de onderzoekers Patrick Snellings (UvA), Aryan van der Leij (UvA), Peter F. de Jong en Henk Blok hebben een Israëlisch computerprogramma aangepast waarmee dyslectische kinderen ofwel kinderen die 'moeite hebben met lezen' (zoals Aryan van der Leij ze vroeger omschreef) hun leesvaardigheid en leesbegrip kunnen verbeteren. Dat begrip is belangrijk, want daarmee volgens de onderzoekers wordt er met gangbare programma's te weinig rekening gehouden. Maar zonder begrip van wat je leest wordt lezen letters blaffen. Dus wellicht is hun programma beter - ik heb het niet in praktijk gezien.
Bovendien ontdekten ze dat deze kinderen ook moeite hebben met het onderscheiden van klanken. Patrick Snellings: 'Dyslectische kinderen lezen niet alleen langzaam, maar blijken ook een snelheidsprobleem te hebben bij het herkennen van klanken. Ze hebben moeite met de vorming van koppelingen tussen letters, lettergroepen en woorden aan de bijbehorende klankvormen. Heel jonge kinderen kunnen alle klanken van alle talen onderscheiden, maar na enkele maanden maken ze alleen nog onderscheid tussen die klanken die relevant zijn in hun moedertaal. 
Zo kunnen Japanse baby's wel het onderscheid maken tussen de klanken 'l' en 'r' maar Japanse kinderen niet meer. Het lijkt erop dat dyslectische kinderen die gevoeligheid voor kleine klankverschillen op latere leeftijd juist houden, wat tot tragere klankherkenning leidt. Deze studie laat zien dat ze ook trager zijn in het indelen van identieke klanken. 
Tragere klankherkenning ligt mogelijk ten grondslag aan het trage leestempo van dyslectici.'
Dit onderzoek werd uitgevoerd binnen de afdeling pedagogiek, onderwijskunde en de lerarenopleiding (POWL) aan de Universiteit van Amsterdam en gefinancierd door de Programmaraad voor het Onderwijsonderzoek, onderdeel van NWO. Zie hier voor publicaties.
Een van die artikelen (2009, Journal of Learning Disabilities, 42(4), 291-305) heet 'Enhancing the Reading Fluency and Comprehension of Children With Reading Disabilities in an Orthographically Transparent Language. Journal of Learning Disabilities'.
Met die orthografisch transparante taal zullen ze toch niet Nederlands bedoelen? O.k., de spelling van onze taal is niet zo'n ramp als die van het Frans of nog erger, Engels, maar de transparantie van bijvoorbeeld Fins wordt zeker niet gehaald. 'Dǝ transpaarantsii van beivoorbeelt Fins wort zeejkǝr niit gǝhaalt.' Ik meen mij te herinneren dat onderzoekers al decennia lang geleden ontdekten dat Finse kinderen gemiddeld minstens twee keer zo snel leerden lezen en foutloos schrijven als Engelstalige kinderen.
Maar ja, als fervent lezer ben ik ook niet voor radicale veranderingen in onze spelling...

Nog iets. Misschien kunnen onderwijzers die met zo'n programma als hierboven aan de gang willen ook hun gedachten eens laten gaan over de combinatie van tekst met prentenboekfilmpjes (zoals bijvoorbeeld te koop op Bereslim). Onderzoeker Adriana Bus (Universiteit Leiden) heeft zich hiermee bezig gehouden en vond als ik het goed heb bij jonge kinderen tamelijk positieve gevolgen voor taalontwikkeling en leesvaardigheden.

maandag 18 april 2011

De Franse slag

Even zeuren: nu de agenda op de website van Leesgoed niet meer wordt bijgehouden is er geen enkele Nederlandstalige bron meer waar het jeugdliteratuurminnend en/of -bestuderend publiek nieuws op dit gebied uit Frankrijk krijgt. Ik weet van niks maar heb het sterke vermoeden dat gebrekkige kennis van het Frans hier parten speelt en wat Leesgoed betreft ontbreekt kennelijk de tijd om die agenda (en andere rubrieken) weer bij te houden.

Nu zullen er ook zeer weinig mensen zijn die, bijvoorbeeld, van hier op 5 oktober even naar Nancy gaan om een  studiedag bij te wonen over Jeanne-Marie Leprince de Beaumont (1711-1780, hier de veel uitgebreidere Franse wikipagina), de vrouw die o.a. 'La belle et la bête' dusdanig bewerkte dat het blijvend bekend zou worden. De studiedag wordt georganiseerd door Christian Chelebourg en Catriona Seth van het Centre d'études littéraires Jean Mourot de l'Université de Nancy 2 en tot 15 mei kunnen voorstellen voor lezingen worden gestuurd. In het Frans, uiteraard... La publication des actes est prévue.
Ook ben ik benieuwd hoeveel van onze geleerden belangstelling hebben voor de aankondiging van nummer 29 (2011-1) van de Cahiers Robinson. Thema: 'Le Roman scolaire, entre littérature et pédagogie'.
'Les Cahiers Robinson explorent, sans s'y limiter ni s'y enfermer, le domaine de la littérature de jeunesse, des lectures, des récits et des activités de l'enfant. Imagination et savoir sont considérés dans une perspective ouverte aux questions historiques, sociales, esthétiques.' Een soort Literatuur zonder leeftijd en eveneens per nummer te bestellen.
Ik kan die paar belangstellenden wel een tip geven over de bron: de nieuwsbrief van het CRILJ, ofwel het Centre de recherche et d'information sur la littérature de la jeunesse in Orléans.




zondag 17 april 2011

Winnie-de-Poeh: nieuwe film

Nog even gegrasduind in de voornaamste jeugdliteratuurnieuwssite, Leesplein en in Villa Kakelbont (dat overigens steeds vaker nieuws van Leesplein overneemt, heb ik de indruk), en ook nog even op Leesfeest,  maar ik vond nergens de vermelding van de nieuwe film over Winnie-de-Poeh.
Niet goed gegrasduind, liet de redactie van Leesplein mij per ommegaande weten toen ik een eerste versie van dit bericht op het net gooide, want het verschijnen van de film is wel degelijk vermeld, je moet even zoeken in de berichten 'Boeken op de buis en in de bios'.

Toch weinig aandacht. Misschien omdat het wederom een Disney-productie is?
Ik vond twee lovende recensies in Franse kranten (L'Express en Le monde), maar de trailer boezemt mij weinig vertrouwen in. De figuren, de stijl, alles komt me akelig bekend voor en nog steeds mijlenver verwijderd van het oorspronkelijke verhaal en de oorspronkelijke illustraties. Het is eh, nou ja, het is Disney. Een lachje (veel lachjes), een traantje, keurig gedoseerd en van muziek voorzien, maar alle echte weemoed is er vermoedelijk vakkundig uitgesneden. Een familiefilm in oude snit, lijkt me.

De regisseurs heten Stephen J. Anderson en Don Hall en 20 april komt-ie uit. Zeer waarschijnlijk wordt er ook een nieuwe vloed aan merchandising over ons uitgestort. Zie hier voor een voorbeeld en zie ook de officiële filmwebsite. Verkopen, ja, daarin is het Disneybedrijf altijd goed geweest, evenals in het vinden van de grootste gemene deler.







Ter herinnering, hieronder Winnie-the-Pooh volgens John Shepard, in 1926:

Pooh Shepard 1926.png

Een van de vele verschillen: dat Disney-lachje ontbreekt. Gelukkig.

zaterdag 16 april 2011

Waar kinderen slapen

Een fotoboek dat kinderen bijzonder zal intrigeren is Where children sleep van James Mollison (Chris Boot, Londen, 2011).
03y-kaya-_japan.jpeg
Foto's zijn nog tot 30 april te bewonderen in de Flatland Gallery, Lange Nieuwstraat 7 in Utrecht, open woensdag t/m zaterdag van 1 tot 5 's middags.
14y-irkena-_kenya.jpeg
'The book is written and presented for an audience of 9-13 year olds, intended to interest and engage in the details of the lives of other children around the world, and the social issues affecting them, while also being a serious photographic essay for an adult audience.' Rijk aan schrijnende contrasten.
Flatland Gallery: 'Each pair of photographs is accompanied by an extended caption that tells the story of each child: Kaya in Tokyo, whose proud mother spends $1,000 a month on her dresses; Bilal the Bedouin shepherd boy, who sleeps outdoors with his father's herd of goats; the Nepali girl Indira, who has worked in a granite quarry since she was three; and Ankhohxet, the Kraho boy who sleeps on the floor of a hut deep in the Amazon jungle.'
Het boek is of was nog te bestellen, ISBN 9781905712168, hoewel hier en daar wordt vermeld dat het uitverkocht is.

vrijdag 15 april 2011

Call for papers

Omdat ik deze oproep gemist heb (zal aan mij liggen) in andere jeugdliteratuurnieuwsbronnen (28 letters): de International Board on Books for Young people (IBBY) nodigt uit om voorstellen voor lezingen te doen, te houden tijdens de 33e wereldconferentie in Londen, 23-26 augustus 2012.

Daar komt-ie:


Call for Papers

We are pleased to announce the call for papers for the 33rd IBBY Congress on the themes of translation and migration.

Submissions must be made through the online form available on the IBBY Congress 2012 website.  Papers will be presented at parallel sessions lasting 20 minutes, with 10 minutes for questions.

Crossing Boundaries: Translations and Migrations
There are two central themes to this congress, both relating to the impact of globalisation.
The first theme is translation: the translation of children's literature and stories between one language and another, and the translation of stories between one medium and another (for example, books, films, theatre and electronic formats).
The second theme is migration: the migration of people between one country and another with the consequent creation of diaspora, and the migration of cultures and ideas.

Topics and themes for consideration:

  1. Diaspora as a theme in literature for children and young people: The impact of migration on children’s and young people’s literature and storytelling
  2. Children’s and young people’s literature and national identity
  3. The migration of children’s and young people’s authors and illustrators
  4. The translator as mediator in literature for children and young people
  5. Translation of texts for children and young people on the internet, including pirate translations
  6. Translating children’s and young people’s books into and from minority languages
  7. The publishing industry and translations for the young reader
  8. Picture books on the theme of migration
  9. Poetry for children and young people on the theme of migration and as a means of exploring cultural identity and cultural exchange
  10. Theatre and Storytelling: migration and translation in performances for children and young people
  11. Bilingual storytelling and dual language texts for children in multicultural and bilingual education
  12. Digital Storytelling: gathering, creating and sharing stories in transit with children and families in migrant communities
  13. The impact of graphic novels in electronic book formats: interactivity between the content, styles and techniques of graphic novels/comic strips and electronic games
  14. The relationship between and impact upon children’s books and their film adaptations
  15. The integration of digital books with traditional books in independent reading for pleasure
  16. The impact of commercial digital and electronic entertainment technologies on traditional and electronic book format and content
  17. Globalised cultural exchanges in children’s literature: social networks’ role and use in promoting children’s reading and writing for pleasure
  18. New literacies for children and young people in migrant and immigrant communities
  19. The adaptation and transition of fairytales and folk tales across cultural, linguistic and media boundaries
  20. The globalisation of literature for children and young people, the emergence of a new aesthetic in literature for children and young people
  21. Unique and unusual programmes to promote reading for pleasure, e.g. museums, galleries and shrines: the impact of children’s book centres and authors’ museums; reading champions: the use and impact of positive adult role models to promote children’s books and reading
The closing date for submissions is the Thursday 30th June 2011.


Nog ruim twee maanden voor onze kinderboekenexperts om wat in te dienen. We hebben in ons taalgebied ruime ervaring met de aangeboden onderwerpen, dacht ik.

donderdag 14 april 2011

Three apples fell from heaven

Tijdens een reisje naar Oost-Turkije, met als voornaamste doel de Ararat, las ik Three apples fell from heaven van Micheline Aharonian Marcom, een Amerikaanse auteur met Armeense voorouders.

Wel een aparte omgeving om deze verhalen te lezen: ze spelen zich af in Turkije, tijdens de laatste jaren van het Ottomaanse rijk. Bijna alle hoofdpersonen zijn Armeense mensen in benarde tot zeer benarde omstandigheden, in de periode dat werd verordonneerd dat alle Armeniërs stad en land moesten verlaten. Formeel moest hen bij doortocht hulp worden verleend (de officiële bekendmaking is ook opgenomen), in praktijk werd het een slachting.
De vertellers weten dat schrijnend in beeld te brengen. Sommige hoofdstukken zijn brieven van de Amerikaanse consul Leslie Davis, steeds gericht aan ambassadeur Henry Morgenthau. Die dragen bij aan de authenticiteit, evenals de uitvoerige verantwoording achterin. De titel slaat op het einde van drie verhalen: 'And three apples fell from heaven, one for the storyteller, one for the listener and one for the eavesdropper.'
Veel hoofdpersonen woonden in Kharpert, ooit een Armeens dorp, vlakbij de Turkse stad Elâzığ (zie ook p. 234 in de verhalenbundel, 'A Sad Ending Again'), en vlak ernaast was een Turks dorp Mezre.
De 55 verhalen zijn zeer divers: afgezien van de officiële bekendmaking en de brieven van Davis zijn er diverse vertellers, sommigen komen in verscheidene verhalen terug, sommigen zijn al dood als ze vertellen, sommigen sterven tijdens het vertellen. Er zijn sprookjesachtige verhalen, korte impressies en verhalen met een reële achtergrond.
Ik las ze als voorbereiding op een reis naar Armenië en dat was passend en niet te missen - maar vrolijk werd ik niet van deze soms indringende verhalen. De teneur is inktzwart: geen gruwel te beestachtig tussen de ene (Turkse, Koerdische) en andere (Armeense) mens. Waarbij opgemerkt dat diverse personages van Turkse herkomst een min of meer positieve rol spelen, er is bovendien ook een Turkse verteller in één verhaal: een soldaat die onder krankzinnig behoeftige omstandigheden dienst doet in de Russische sneeuw.
Een zo'n gestorven verteller was een moeder en nu een geest, 'The Djinn of Ras-ul_Ain'. Fragment 1:
They ordered us to remove our garments. Our clothes were dirty and torn, mostly beyond repair. They tossed them into different piles: what could be salvaged, what was to be burned, a small amound of gold and jewellery, the last pieces that somehow had evaded their searches in the past months. I approached the soldier. A man from Diyarbakir or Mardin. They used their fingers to look for lira.
They know all of our hidden places, the woman next to me warned: hair, the hidden hems, vagina. The safest place, she whispered, is the rectum.
They yanked the coins and rings from our bodies. They smelled their fingers and laughed.
This man used his fingers, that one a knife or sabre.

Fragment 2:
Two of them grabbed my arms. One held his sabre high in the air. he had long eyelashes, a dimpled chin. He said, A gâvur's disgusting progeny. A man with long eyelashes and a dimpled chin who slices my belly open wide, like a mouth. He reaches inside with sabre and pulls the babe out, holds it high and laughs: a gâvur's disgusting progeny. The umbilical cord makes a popping sound like a cork being pulled from a bottle.
I am already forgetting. I am disorganized and have little to say. I walk continously, the walking makes me forget.


Overigens las ik als voorbereiding ook Ararat van Frank Westerman. Dat gaat vooral over eh, Frank Westerman, o.a. zijn worsteling met z'n christelijke opvoeding en de zelfgestelde opdracht om die berg te beklimmen. Informatief en onderhoudend.

Dag Gouden Uil

Bericht uit Vlaanderen: de Gouden Uil 'vliegt weer uit'! In 2012!

Met De Gouden Boekenuil krijgt de belangrijkste literatuurprijs in Vlaanderen een tweede adem. Nederlandstalige literaire werken die in 2011 verschijnen, zowel van Vlaamse als van Nederlandse auteurs, kunnen meedingen naar de titel van De Gouden Boekenuil. De vakjury, voorgezeten door Phara de Aguirre, bepaalt wie de prijs in de wacht sleept. De juryleden zijn vier literaire recensenten uit Vlaanderen en Nederland en één academicus. De namen van de leden van de vakjury worden meegedeeld zodra ze bekend zijn.  ', aldus Boek.be, dat hiermee tevens bekendmaakt dat recensenten kennelijk geen academici zijn. (De link over De Aguirre heb ik aangebracht.)
De oude sponsors zijn niet helemaal verdwenen:  '  Mediapartners zijn Humo, Canvas, Radio 1, Cobra.be en De Standaard; Stad Gent is ondersteunende partner. '


En de jeugdliteratuur dan? Boek.be:
Boekenleeuw en Boekenpauw vervangen Gouden Uil Jeugdliteratuurprijs
In overleg met de boekensector (waaronder Stichting Lezen, Vlaams Fonds voor de Letteren en Canon Cultuurcel) besliste Boek.be om de Gouden Uil Jeugdliteratuurprijs niet langer uit te reiken. Boek.be wil de Boekenleeuw en de Boekenpauw – de prijzen voor resp. de beste auteur en illustrator van kinder- en jeugdboeken – in de toekomst verder verruimen en opwaarderen uitbouwen omdat ze naast oorspronkelijk Nederlandstalig werk van kinder- en jeugdboeken-auteurs ook vertaald werk en illustratoren bekronen. Het prijzengeld wordt opgetrokken en de prijs wordt opengesteld voor Nederlandse auteurs.
Met de vernieuwde Gouden Boekenuil, Boekenleeuw en Boekenpauw hoopt Boek.be een nieuw evenwicht van de literaire prijzen in Vlaanderen tot stand te brengen.   '

Ik vermoed eerder dat de nieuwe sponsor Fintro geen geld wou steken in de categorie jeugdliteratuur en de nieuwe organisator Boek.be heeft zich dat laten aanleunen.

Verontwaardiging is her en der al geuit.
Bart Moeyaert (volgens De papieren man) in De Morgen: ´ De verdwijning van de Jeugd Gouden Uil noem ik een belediging voor de jeugdliteratuur én een verarming. Je moet weten dat de Jeugd Gouden Uil veel media-aandacht genereerde. Een vakjury bekeek en beoordeelde zorgvuldig het hele scala. Al kwam de Jeugd Gouden Uil er op tv bekaaid vanaf, toch was het publiek verplicht om kennis te nemen van wat er leefde in de kinderboekenwereld. Dat valt nu allemaal weg. Boek.be pakt graag uit met de stijgende verkoopcijfers van het kinder- en jeugdboek, 6 procent hier, 12 procent daar. Dan spelen we mee, om de cijfers op te fleuren. Daar word ik woest van. Er is wel meer dan Geronimo Stilton en Twilight. En dat schiet er vaak bij in. ´
Reactie van Geert Joris namens Boek.be:
' Je moet toch toegeven dat de Jeugd Gouden Uil helemaal ondergesneeuwd zat in het hele Gouden Uilverhaal? Herinnert iemand zich nog de laatste winnaars van de Jeugd Gouden Uil? Nu hebben we wel een nieuwe sponsor voor de Boekenleeuwen en Pauwen, die het huidige prijzengeld van tweemaal 2.500 euro fors zal optrekken. Mét veel meer aandacht, geloof me. En de link tussen kinderboekenauteur en illustrator zal nauwer zijn. '
Ted van Lieshout op zijn blog: ' Tja, als Joris gelooft dat daar verbetering in zal komen door de Gouden Uil (die hier in Nederland wel kon rekenen op belangstelling) af te schaffen, en de Boekenleeuw en -Pauw te herwaarderen, kan hij bedrogen uitkomen. De Boekenleeuw en Boekenpauw zijn in Nederland weinig bekend omdat wij iets soortgelijks van onszelf hebben, namelijk de Griffels en Penselen. Daarom zijn prijzen als de Woutertje Pieterseprijs en de Gouden Uil zo mooi, omdat die het min of meer nationale karakter van de Griffels, Penselen, Leeuw, Pauw, Welpen en Pluimen doorbreken. 


Als Nederlanders de Boekenleeuw kunnen winnen, kan dat de waarde die de prijs heeft voor Vlaamse makers flink onderuithalen, en wie wil dat nou? Ik ben er een voorstander van dat de Boekenleeuw en Boekenpauw Vlaams blijven, omdat ik meen dat op die manier de kwaliteit van de Vlaamse kinder- en jeugdboeken het best gediend is. Maar het wordt mij min of meer onmogelijk gemaakt om dat te vinden, omdat ik dan tegelijkertijd vind dat Nederlanders nooit een Vlaamse prijs zouden moeten kunnen krijgen, en dat gaat me te ver.


Het is afwachten geblazen. Hoe gaan de Boekenleeuw en Boekenpauw nieuwe stijl eruitzien? Krijgen we het binnenkort te horen, of moeten we daar op wachten? En als het ons niet zint? Zijn er dan alternatieven of is dat dan te laat? '

Ik ben, anders dan Ted van Lieshout, geneigd het een voordeel te vinden dat ook Nederlandse auteurs en illustratoren van jeugdliteratuur een Boekenleeuw of -Pauw kunnen krijgen, zoals Vlaamse auteurs en illustratoren in aanmerking kunnen komen voor een Griffel of Penseel.
Het is dan zaak om te letten op de kleine lettertjes. Die Griffel of Penseel krijgen ze alleen als hun werk formeel in Nederland is verschenen. gaat dat vice versa ook gelden voor de Boekenleeuw enz.? Als importeurs ook mogen inzenden is dit geen probleem. En dan is het twee keer prijs, in het voorjaar (het seizoen van Jeugdboekenweek, Boekenleeuw en Boekenpauw) en het najaar (Kinderboekenweek, Griffels & Penselen).

Voor het overige vind ik het te betreuren dat de Gouden Uil voor jeugdliteratuur verdwijnt, al was het maar omdat de winnende auteur naast eer en roem ook een fors geldbedrag ontving. En ik bewaar goede herinneringen aan de periode dat ik in de jury zat en we zeer gedegen maar soms verhitte discussies hadden over de selectie, inclusief de bloedspannende zaterdagmiddag dat we (in 1996) moesten beslissen tussen twee favorieten: Blote handen van Bart Moeyaert en Het boek van Bod Pa van Anton Quintana. De uitkomst van die beraadslaging moest diezelfde avond voor tv worden meegedeeld en toegelicht...


dinsdag 12 april 2011

Moord in de Schilderswijk

Vandaag een ingezonden brief in de Volkskrant van Thijs Goverde en Mirjam Oldenhave. Het staat onder een minstens zo prangende ingezonden brief van Graa Boomsma. Jawel, die auteur, recensent en docent Nederlandse taal- en letterkunde die in De Groene Amsterdammer al eens een reeks wrange en onderhoudende artikelen over zijn waarnemingen in het onderwijs publiceerde, een soort laatste der Mohicanen van goed opgeleide docenten met een grondig onderbouwde visie.
De brief van Mirjam Oldenhave en Thijs Goverde is op de website van de krant niet te vinden.
Dus vóórdat de krant in de kattenbak belandt:

Dat de Nederlandse cultuur bedreigd wordt; dat de vijanden van onze beschaving zich als parasieten in ons midden hebben genesteld; dat de heersende elite het straatschorem al veel te lang vrij spel heeft gegeven - niemand zal het betwisten.
Alleen over de vraag wie hier nou eigenlijk het schorem is, wordt nog enigszins gesteggeld. Het antwoord vonden wij in de Schilderswijk. In die Haagse prachtwijk, of krachtwijk, of welk eufemisme je ook maar gebruiken wil, vind je hele schoolklassen zonder ook maar één autochtoontje. Het laat zich raden dat het Nederlands van de leerlingen te wensen overlaat. Er schijnen zelfs kinderen bij te zijn die ook de taal van hun ouders niet vloeiend spreken. Alsof ze twee tweede talen hebben. En geen enkele eerste.
Dit is niet het drama van de multiculturaliteit, dit is het drama van de nul-culturaliteit. Hun docenten valt niets te verwijten. Die roeien woest tegen de stroom in, met alle riemen die ze hebben en zelfs met riemen die ze niet hebben. Met de riemen van de bibliotheek bijvoorbeeld.





Wij kennen geen enkele bibliotheek die zó verweven is met de omliggende scholen als de Bibliotheek Schilderswijk. Schoolklassen komen naar de bieb voor het ene project na het andere. Ontmoetingen met schrijvers, voorleesuurtjes, instructie over wat dat nou eigenlijk is, een bibliotheek. En hope je dat doet, een boek uitzoeken. De bieb gaat ook naar de scholen toe. Projectje zus, projectje zo. Workshops 'beleefd zijn', onder het ietwat wanhopige motto: 'u zeggen is ook taal'.
Dit is geen wijk van lezers. Dat latste heeft het gemeentebestuur ook gmerkt. En zijn reactie is voorspelbaar: hier hoeft helemaal geen bieb te staan. En de kinderen, die in de bieb hun boeken lezen? (Want er wórdt wel gelezen, maar dat is geen lenen, dus dat zie je niet terug in de cijfers.) Ach, die kinderen gaan toch gewoon naar een filiaal verderop?
Maar dat is nog best een eind lopen. En er zijn in de Schilderswijk niet zoveel ouders die hun kroost naar de bibliotheek brengen.
Dat is dan jammer, zegt de wethouder. Daar kunnen wij allemaal geen rekening mee houden. En zo dreigt het belangrijkste bolwerk van de Nederlandse taal en cultuur te verdwijnen van de plek waar het het hardst nodig is.
Het lijkt wel alsof de gemeente niets liever ziet dan halfgeletterde, op straat rondhangende allochtonen. Schorem. Het mag duidelijk zijn dat we hier niet op de rondhangers doelen. De barbaren rammelen al lang niet meer aan de poort, ze zitten al in het gemeentehuis.

Waarvan acte, met instemming.