Zoeken in deze blog

dinsdag 13 maart 2018

Vakantieboekenplan 2018

Een persberichtje:

'Ook dit jaar biedt Stichting Lezen met steun van Stichting Kinderpostzegels Nederland het project Vakantielezen aan.

Scholen in krimp- en anticipeergebieden die niet eerder deelnamen aan het project kunnen zich via hun bibliotheek inschrijven. De eerste 100 scholen die worden aangemeld ontvangen voor alle kinderen die naar groep 4 en 5 gaan vóór juni - kosteloos - een aantrekkelijk vakantieleestasje.

Daarnaast organiseert de bibliotheek in juni samen met de school een feestelijke aftrapbijeenkomst gevolgd door zomerleesactiviteiten in juli/augustus in de bibliotheek.' (Mijn links.)

Het is kennelijk een succes, deze nieuwe invulling van een aloude vorm van leesbevordering. Zie over lezen in de vakantie ook mijn bericht op 19 juni 2017.
Ik zat nog wel met de vraag wat precies 'krimp- en anticipeergebieden' zijn. Het antwoord vond ik hier.
Vermoedelijk is er een potje voor deze gebieden waaruit voor dit project wordt geput, want anders zou ik niet kunnen verklaren waarom leerlingen in gebieden waarin de bevolking niet afneemt niet zouden mogen deelnemen aan Vakantielezen.


vrijdag 9 maart 2018

Leesbevordering en politiek

In de Nederlandse en Vlaamse pogingen om kinderen aan het lezen te krijgen en te houden blijft men er voorlopig ver van, maar de oosterburen zijn zo ongerust geworden over alle ongemanierde onzin die er in de 'sociale media' over en weer wordt gestuurd dat vier grote leesbevorderingsinstellingen een oproep hebben gedaan, een 'gemeinsamer Appell'.

Het zijn de Arbeitskreis für Jugendliteratur (AKJ), de Arbeitsgemeinschaft von Jugendbuchverlagen (avj), het Börsenverein des Deutschen Buchhandels en de Stiftung Lesen.
Ze doen hun oproep in het kader van, ik citeer: het 'Trendberichts Kinder- und Jugendbuch 2018 im Vorfeld der Leipziger Buchmesse'. Dat heeft er mee te maken dat op 16 maart tijdens de Leipziger Buchmesse een podiumdiscussie plaatsvindt over dit onderwerp. 'Kommen Sie vorbei am 16. März im Forum Politik und Medienbildung, Halle 2, D 310.' Onderwerp: 'Meine Meinung zählt: Junge Menschen mit Büchern für Politik begeistern'.
Begeistern nog wel... dat is nog een stapje verder dan bewustwording of interesse.

Hieronder het appel:


Appell | Demokratie braucht Nachwuchs: Junge Menschen mit Büchern für Politik begeistern
„Aktuelle gesellschaftliche Veränderungen stellen uns vor die Herausforderung, Kindern und Jugendlichen die Regeln einer fairen Auseinandersetzung und politischen Denkens zu vermitteln. Mehr denn je braucht unsere Gesellschaft jetzt und in Zukunft mündige und kritische Bürgerinnen und Bürger, die politische Themen einordnen und Demokratie mitgestalten können.
Kinder- und Jugendliteratur kann das Interesse an politischen Themen wecken. Sie bietet Erfahrungsräume, ermöglicht, sich gesellschaftlichen Themen aus unterschiedlichen Perspektiven anzunähern, fördert Empathievermögen sowie kritisches Urteilen. Sie setzt sich differenziert mit dem gesellschaftlichen Umfeld auseinander, macht Unterschiede und Veränderungen altersgerecht erfahrbar.
Bei unseren Leseförderprojekten verzeichnen wir ein zunehmendes Interesse junger Menschen für politische Zusammenhänge. Kinder und Jugendliche sind neugierig, hinterfragen und möchten sich selbst aktiv einbringen – politisches Potential, auf das eine Gesellschaft nicht verzichten kann. Der frühe Umgang mit vielfältigen Geschichten, die ihre jungen Leserinnen und Leser ernst nehmen, schafft die Grundlagen für ein respektvolles Miteinander, auch in kontroversen Debatten.
Romane oder Sachbücher müssen jedoch nicht nur gelesen, sondern auch diskutiert werden. Neben vielstimmigen und hochwertigen Texten brauchen junge Menschen qualifizierte schulische und außerschulische Partner, die sie bestärken und zum Mitgestalten anregen. Eltern, Erzieher und Lehrkräfte müssen die notwendige Unterstützung erfahren, Kinder und Jugendliche an Politik heranzuführen, für gesellschaftliche Themen zu begeistern, zum kritischen Denken zu ermuntern sowie neue Konzepte der Teilhabe zu erproben. Verlage müssen sich mit analogen und digitalen Publikationen ihrer Verpflichtung stellen: Es ist ihre Aufgabe, gemeinsam mit Autoren und Illustratoren, Konzepte zu entwickeln, die unterschiedlichen Altersgruppen das notwendige Rüstzeug an die Hand geben. Gleichzeitig übernehmen Buchhandlungen mit ihrem Sortiment, mit ihrer fachkundigen Beratung und ihren Veranstaltungen eine entscheidende Rolle als Mittler. Im Buchhandel, wie auch in Bibliotheken, Literaturhäusern und anderen Kultureinrichtungen können Kinder und Jugendliche politische Bücher entdecken und auf gesellschaftliche Themen aufmerksam gemacht werden.“

Benieuwd wanneer de Stichtingen Lezen van Nederland en Vlaanderen en aanpalende organisaties met zo'n oproep komen. Mag wel iets lichter dan deze loodzware tekst, lijkt me.
Vooralsnog gooien zij het vooral op persoonlijke ontwikkeling: lezen is goed voor je. Of, om het programma voor Lezen Centraal (11 april, Leeuwarden) te citeren: lezen 'kan verruimen en verrijken'.



donderdag 8 maart 2018

Het begrijpen van teksten

Soms, heel af en toe, stuit ik op een mooi citaat in een tekst die niet als mooi is bedoeld.
Zoals dit, in een artikel door Marieken Pronk-van Eunen en Bert de Vos, in Levende Talen Magazine 2018-2, over 'Lezen met de leessandwich, een kansrijke didactiek bij Nederlands en mvt', p. 10-14.

Begrijpend lezen gaat namelijk over het begrijpen van teksten. 

Ter verklaring: mvt is moderne vreemde talen. Het artikel behelst de zoveelste poging om het onderwijs in de taal Nederlands wat levendiger en daardoor effectiever te maken. Kort samengevat: doe meer dan leerlingen alleen een tekst voorleggen en daarna wat vragen. Vrijwel al die pogingen zijn lovenswaardig, zo ook deze. Of het echt een wereldschokkende verbetering is, dat betwijfel ik, maar ik ga er hier niet op in. Wie er meer over wil weten, raadplege Lezen met de leessandwich van beide auteurs.

Om het lapidaire citaat meer tot zijn recht te doen komen, hier het vervolg:

En dat gaat altijd in de eerste plaats over de ínhoud van de tekst. Dat is de kern van lezen: je bent nieuwsgierig naar informatie, je wilt je mening toetsen of je wilt weten hoe iemand anders ergens over denkt. Dan ga je lezen en zo verbreed je je horizon.
Tijdens lessen Nederlands en moderne vreemde talen (mvt) heeft begrijpend lezen echter vaak een andere inhoud gekregen. Het is verschoven van 'begrijpen wat er staat' naar 'vragen beantwoorden'. En deze toetsvorm is de onderwijsvorm geworden. Zo worden leerlingen bij veel van deze lessen getoetst op het beheersen van leesstrategieën, hun kennis over de opbouw van de tekst, hun kennis over woorden en hun inzicht in alíneaverbanden en verwijs- en signaalwoorden . En zo worden deze lessen zowel voor de docent als de leerlingen vaak erg saai. (p. 11)

Dat haalt je de koekoek.
Het lijkt hier overigens te gaan om documentaire teksten, niet om fictie. Maar dat maakt voor de essentie van hun artikel niet veel uit.
Ze vergeten overigens nog dat bij het geschetste 'vragen beantwoorden' de leerlingen vooral ook getoetst worden op hun vaardigheid om zulke vragen te kunnen beantwoorden. Die vergt een aparte kennis: weet wat de docent wil horen...

Voor een echt goede docent moet dit artikel een open deur zijn.

Niet alleen de lessen Nederlands in het primaire en secundaire onderwijs hebben de naam saai te zijn, ook de studie van Nederlandse taal- en letterkunde lijdt daar kennelijk onder. Zie de oproep van de opleidingen Nederlandse Taal en Cultuur van de Radboud Universiteit Nijmegen, Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit Leiden, Universiteit van Amsterdam en Universiteit Utrecht om ambassadeurs te werven:

'Helpt u ook mee om te laten zien hoe leuk en interessant het vakgebied Nederlands is? Nodig dan de beste ambassadeurs uit, namelijk studenten die hun eigen ervaringen kunnen delen. Zij komen graag tijdens uw les een korte voorlichting (20 tot 25 minuten) geven over de studie Nederlandse Taal en Cultuur. Interesse? U kunt zich aanmelden via het aanvraagformulier op deze site. We nemen dan zo spoedig mogelijk contact met u op.'

Zo'n oproep doe je alleen in nood, lijkt me...





dinsdag 6 maart 2018

Edward van de Vendel

is onderwerp van aflevering 104 (winter 2017) van Literatuur zonder leeftijd.

Niet voor het eerst kiest de redactie een alom gewaardeerd auteur om in een hele aflevering in het zonnetje te zetten. Recentelijk waren dat Harrie GeelenImme DrosBart Moeyaert, Jacques Vriens en Ted van Lieshout. Nu dus Edward van de Vendel.


(Foto Jota Chabel.)

Soms is er een aanleiding voor zo'n feestnummer, zoals bij dat over Jacques Vriens (40 jaar schrijverschap) of Ted van Lieshout (werd 60 jaar), soms niet, zoals nu. Hoewel: misschien begon de redactie in 2016 met plannen voor dit nummer, 30 jaar na Betrap me, het debuut van Edward van de Vendel.

Hoewel LZL in principe een academische statuur nastreeft, en daarmee heel wat jonge onderzoekers de kans biedt om te publiceren, komen er in zo'n overzichtsaflevering zoveel lovende woorden voorbij dat het bijna hagiografisch wordt. Ik gebruikte niet voor niets hierboven de uitdrukkingen 'in het zonnetje zetten' en 'feestnummer'.
Mogelijk zou dat wat minder worden als de redactie verder de geschiedenis induikt, anderzijds vermindert dat natuurlijk de actualiteit.

Hoe het ook zij, het is weer een volle aflevering. Na het redactioneel gaan er direct 35 pagina's heen met twee lange bijdragen van Thomas de Veen en Annette de Bruijn, resp. 'Edward van de Vendel over leven en werk' en zijn 'poëzie tussen beeld en geluid'.

Wie Edward van de Vendel weleens gedichten heeft horen voordragen, weet dat klank, ritme en toon een belangrijke rol spelen. Dat is ook niet vreemd gezien het feit dat hij vanuit het schrijven van liedteksten bij de poëzie terechtkwam.

Aldus Annette de Bruijn. Met dat 'geluid' bedoelt ze niet muziek, maar klank op zich, de klank van zijn poëzie. Ze lijkt te suggereren dat liedteksten geen poëzie zijn.

Dan is er op p. 46-47 ruimte voor een gedicht van Edward van de Vendel, waarna nog meer bijdragen volgen.

Waaronder:
- Michel De Dobbeleer over de drie bundels 'stripgedichten' (idee: Kidsweek) van Edward van de Vendel en Floor de Goede
- Kyra Fastenau over Dagen van de bluegrassliefde, Ons derde lichaam en Oliver en dan specifiek 'het contrast tussen private en publieke ruimte, tussen stad en natuur'
- Vanessa Joosen over 'griezelmeisjes in de sprookjesbewerkingen van Edward van de Vendel en Isabelle Vandenabeele
- Jan van Coillie over Edward van de Vendel als vertaler

en dan hebben we het wetenschappelijk deel wel zo ongeveer gehad, met de kanttekening dat Thomas de Veen de auteur interviewde en dat alleszins lezenswaardig interview is allerminst wetenschappelijk.
Die andere vijf zijn dat wel en redelijk uitgebreid. Ze vergen wat welwillende aandacht en leesbereidheid, ook omdat de conclusies niet wereldschokkend zijn.
Ik citeer Fastenau:

Van de Vendel gebruikt het contrast tussen natuur en stad en ook enkele stereotypen (voetbal, Eurovisie) om zijn verhaal en personages een bepaalde richting uit te duwen. Ze roepen vragen op bij de lezer over de rol die de omgeving speelt bij het vormen van je identiteit. Is het leven maakbaar? Kun je jezelf buiten de maatschappij plaatsen? In hoeverre kun je veranderen, in hoeverre kun je verandering tegenhouden?
Ik sloot de boeken Ons derde lichaam en Oliver met meer vragen dan antwoorden. En dat vind ik een fijne leeservaring. Het toont voor mij aan dat de auteur heeft begrepen dat mensen complexe wezens zijn. En dat hij zijn lezer over die complexe wezens wil laten nadenken.

Tja. Waarempel.
En is dit nu het slot van een wetenschappelijke analyse of van een recensie?

Maar niet getreurd want natuurlijk weet je na het lezen van al die stukken méér over het werk van Edward van de Vendel dan daarvóór.

Toch is het leuker om bijvoorbeeld de 'brief aan Edward, persoonlijk' van Jacques Dohmen te lezen. Met een passage die waarschijnlijk heel veel zegt over de auteur Edward van de Vendel:

Ik zit opeens in mezelf te grinniken. Want je bent daarnaast natuurlijk ook een geweldige lastpost, dat weet je ook wel. Iedereen gaat het liefst lekker door op bekende paden, op de automatische piloot, ook jouw uitgevers, zeker in deze woelige tijden: 'een beetje van dit, een beetje van dat, niet te veel zus en vooral niet te veel zo, dan lopen we minder risico.' En dan kom jij zachtaardig en beminnelijk als altijd op de uitgeverij en zegt zachtjes: 'Maar ik ehh, ik wil wel natuurlijk... ik bedoel, als het kan hoor... Zus. En... ehhh ja dat kan écht niet zonder Zo!' En als het dan even stil blijft zeg je: 'Eigenlijk het liefst met véél Zo.' En dan blijkt dat innemende hoofd van jou een keiharde schedel te hebben. Goedschiks of kwaadschiks, het komt er: een zusboek met veel zo. Gesigneerd Edward van de Vendel. Binnenkort in de boekhandel.

Zo dus. En wat valt het te prijzen dat de redactie van LZL ruimte maakt voor zulke niet per se wetenschappelijke bijdragen. Van ex-uitgeverijredacteur Dohmen, maar ook van vertalers Rolf Erdorf en David Colmer, en anderen.

Literatuur zonder leeftijd is in weerwil van zijn naam een tijdschrift-in-boekvorm over jeugdliteratuur, met drie afleveringen per jaar. Het wordt uitgegeven door IBBY Nederland, de Nederlandse sectie van de International Board on Books for Young people. Een abonnement kostte in 2017 € 34,50 per jaar voor particulieren, € 24,50 als die particulieren een studentenkaart kunnen tonen en € 47,50 voor instellingen.




LZL, Literatuur zonder leeftijd winter 2017, ISBN 978 94 6167 341 1, 180 p.