is een lange man, of een man met lange benen, in een bruin pak.
Hij is docent op een school voor voortgezet of secundair onderwijs, zoals dat tegenwoordig heet, en dook al eerder op in Grote gedachten - verhalen over filosofie (2014). Hij had succes, dus liet Janny van der Molen hem ook opdraven in Grote gevoelens - verhalen over psychologie (2017).
De boeken hebben hetzelfde stramien. Zelfs twee leerlingen duiken weer op (Loubna en Wouter). Ze hebben goede herinneringen aan de filosofielessen 'vorig jaar' (p. 10). Meneer Swart kondigt een speciale lessenreeks aan. In iedere les behandelt hij een figuur (filosoof) of onderwerp (psychologie). Hij gaat zeer socratisch te werk. In plaats van een monoloog af te steken probeert hij in dialoog met zijn leerlingen tot inzichten te komen. Bij die leerlingen thuis gebeurt er dan soms ook nog iets dat toevallig die inzichten onderstreept. Maar alles komt op zijn pootjes terecht.
Grappig, in de drie jaar verschil tussen de boeken zijn de denkbeeldige leerlingen dus één jaar gegroeid, idem uiteraard meneer Swart.
Die meneer Swart is gebaseerd op een docent die de auteur op de middelbare school had. Die was 'inspirerend en origineel' en gaf haar 'op een cruciaal moment een belangrijke levensles mee'.
Het boek is niet bedoeld als 'zelfhulpboek' en is 'ook geen naslagwerk'. Het is 'niet meer dan een kennismaking met een heel boeiend onderwerp'.
Aldus de auteur in haar inleiding ('Voor je begint met lezen') (vreemde titel, want die inleiding is toch ook om te lezen?), en die bescheidenheid siert haar.
Die kennismaking voert langs Stanley Milgram en zijn experimenten, Adler, Jung, Freud, oude theorieën over lichaamssappen en humeuren, Descartes, Albert Ellis, gedragstherapieën, Martin Seligman, verdringen en geheugen, Elizabeth Loftus, trauma's, Francine Shapiro, EMDR, Douwe Draaisma, Alois Alzheimer, Philip Zimbardo, Solomon Asch e.a.: de namen staan achterin (p. 206-209) opgesomd.
Ik weet wel iets van psychologie, maar niet voldoende om een uitgewogen oordeel te geven over deze fictieve lessenreeks van meneer Swart. Uit de inleiding blijkt dat de auteur zes deskundigen van naam en faam heeft geraadpleegd en laten meelezen en 'tot slot las de "echte" meneer Swart het manuscript helemaal mee. Zijn zeer positieve beoordeling betekent veel voor me.'
In ieder geval hebben de fictieve leerlingen een grondige en ingrijpende inleiding gehad in ideeën over de werking van de geest, of, zoals leerling Jasper het omschrijft: 'bestuderen wat mensen voelen en denken'. Petje af voor meneer Swart - de fictieve dus.
En ja, zoals ik hierboven schreef: bij die leerlingen thuis gebeurt er dan soms ook nog iets dat toevallig die inzichten onderstreept. Maar alles komt op zijn pootjes terecht en sommige leerlingen groeien in hun zelfbewustzijn. Ik ga dat niet allemaal opsommen en samenvatten. Wel mooi dat meneer Swart aan het eind van zijn lessen al zijn leerlingen een cadeau geeft: een t-shirt met Superman. Geestig gevonden.
Belangrijk vind ik dat dit verhaalstramien het boek iets heel ouderwets geeft, een beetje à la Oom Jan leert zijn neefje schaken, of de vele verhandelingen voor kinderen die in de 19e eeuw verschenen waarin een wijze volwassene een dialoog voert met een leergierig kind.
De dialogen in dit boek zijn echter redelijk natuurlijk, in ieder geval veel natuurlijker dan die van Max Euwe, laat staan al die 19e-eeuwse wijsneuzen. Ik begon die meneer Swart en zijn leerlingen wel voor me te zien en ik kon de manier waarderen waarop de verteller de huiselijke en andere (soms tamelijk heftige) problemen van die leerlingen handig met de lessen van meneer Swart vervlocht. Ik kon ook zijn (meneer Swart) dialogen met zijn leerlingen wel waarderen.
Het mag een ouderwets concept zijn, het werkt wel in dit boek.
Ik schreef 'redelijk natuurlijk'. Poëzie is het niet. De werking van een echt verhaal schuilt in de zeggingskracht van de woorden. Het is fijn dat er wat drama in en om deze lessenreeks is geschapen, maar het blijft bij de verteller uiteindelijk draaien om de opgediste wetenswaardigheden, dat is heel duidelijk.
Ofwel, het mag dan het stramien van een verhaal hebben, een goed verhaal is het niet. Wel een goede inleiding in de psychologie voor lezers van 12 en ouder.
Molen, van der, Janny. Grote gevoelens, verhalen over psychologie. Ploegsma, 2017. ISBN 978 90 216 7802 3, 224 p.
Dit blog meandert uit over allerlei zaken die (soms wat losjes) met lezen en schrijven te maken hebben. Rode draad: jeugdliteratuur verdient aandacht.
Zoeken in deze blog
zondag 27 mei 2018
woensdag 23 mei 2018
25 jaar Voorleeswedstrijd
Woensdag 22 mei vond in Amstelveen de finale plaats van de 25e (Nederlandse) Nationale Voorleeswedstrijd. Memorabel, vond ook organisator Stichting Lezen. Om het te vieren nodigde ze voor een feestelijke lunch een ruim 25-tal mensen uit die allen te maken hebben of hadden met leesbevordering. Waaronder ondergetekende.
En hoewel ik het fenomeen voorleeswedstrijdfinales het laatste decennium aan me voorbij heb laten gaan, besloot ik dit mee te vieren.
De Nationale Voorleeswedstrijd mag gerust zo niet het paradepaardje, dan toch wel een van de succesprojecten van Stichting Lezen worden genoemd. Bijna de helft van de Nederlandse basisscholen doet mee en blijkens divers onderzoek is meedoen gunstig voor het aanzien van lezen en dus het leesklimaat op school, al het effect moeilijk in cijfertjes onder te brengen. Er is terechte trots bij Stichting Lezen.
Daarbij dient aangetekend dat er nóg een paradepaardje is, dat weliswaar niet zo in de kijkcijfers loopt maar zeer waarschijnlijk wel effectiever is voor het aan het lezen krijgen en houden van kinderen: Bibliotheek-op-School. Benieuwd of daarvan het 10-jarig bestaan in 2018 nog gevierd gaat worden.
En terwijl in de entree de eerste kampioenen en hun aanvang arriveerden, was in een kleine theaterzaal gedekt voor een aangeklede lunch, met sprekers.
Tussen de (lekkere) gerechtjes door spraken, ingeleid door 'dagvoorzitter' Aleid Truijens, achtereenvolgens Kees Broekhof, Jacques Vriens en Esmeralda Akdag (leerkracht basisschool Het Element, Middelburg, heette tot februari 2018 De Vossenburcht).
Jacques Vriens las voor uit Smokkelkinderen en kreeg van gastvrouw Gerlien van Dalen (directeur Stichting Lezen) een oorkonde omdat hij in 25 jaar Voorleeswedstrijd de meest voorgelezen auteur is.
Esmeralda Akdag vertelde hoe op haar basisschool in Middelburg het lezen wordt bevorderd. Door veel aan lezen te doen, inderdaad, compleet met bibliotheek, deelname aan Bibliotheek-op-School en voorleeswedstrijd, taalcoördinator enz. Mooi: juf als voorbeeld. Vertellen wat je zelf leest, wat je fijn vindt om je lezen, het helpt. 'Je bent als juf een voorbeeld voor de kinderen.'
Kees Broekhof verwees naar divers onderzoek (Bol-Bus; 'Nijmegen') om te kunnen stellen: heus, het werkt. En prees de Leesmonitor van Bibliotheek-op-School omdat die scholen in staat stelt om zelf vorderingen in kaart te brengen. Maar hij vond dat er ook nog wel iets te verbeteren viel, met name in de kwaliteit van de uitvoering. Daarover, en over de opleiding tot leerkracht, werden voor het toetje nog enige ideeën geuit.
Het blijft natuurlijk wel werken tegen de klippen op.
Er is nog steeds een groot, zelfs groeiend aanbod aan tekst, ook digitaal, ook mooie kinderboeken, maar daarnaast een nog meer toenemend aanbod van bewegend beeld met gesproken of gezongen tekst, film, video/tv, vlog, youtube, wat niet al.
Dat kan heel onderhoudend zijn, maar je gaat er niet door lezen en een etmaal duurt slechts 24 uur.
Er is volgens Kees Broekhof een stijgend aantal leerlingen dat ook aan het eind van het basisonderwijs nog als 'zwak in lezen' kan gelden. En het aantal leesbeesten-boekenverslinders neemt af.
Er is bovendien, merkten diverse deelnemers op, een stijgend aantal leerkrachten-in-spe die zelf ternauwernood lezen.
Werk aan de winkel, nog altijd! Het taalonderwijs moet beter, en dat is dan één pijler naast die andere: leesbevordering, ofwel zorgen voor een ruim aanbod van boeken en tijdschriften en veel activiteiten om lezen aantrekkelijk te maken en te houden.
Meedoen aan de Nationale Voorleeswedstrijd is er slechts een van.
Wie weet wordt het beter. Om Gerlien van Dalen te parafraseren: zonder optimisme red je het niet.
En hoewel ik het fenomeen voorleeswedstrijdfinales het laatste decennium aan me voorbij heb laten gaan, besloot ik dit mee te vieren.
De Nationale Voorleeswedstrijd mag gerust zo niet het paradepaardje, dan toch wel een van de succesprojecten van Stichting Lezen worden genoemd. Bijna de helft van de Nederlandse basisscholen doet mee en blijkens divers onderzoek is meedoen gunstig voor het aanzien van lezen en dus het leesklimaat op school, al het effect moeilijk in cijfertjes onder te brengen. Er is terechte trots bij Stichting Lezen.
Daarbij dient aangetekend dat er nóg een paradepaardje is, dat weliswaar niet zo in de kijkcijfers loopt maar zeer waarschijnlijk wel effectiever is voor het aan het lezen krijgen en houden van kinderen: Bibliotheek-op-School. Benieuwd of daarvan het 10-jarig bestaan in 2018 nog gevierd gaat worden.
En terwijl in de entree de eerste kampioenen en hun aanvang arriveerden, was in een kleine theaterzaal gedekt voor een aangeklede lunch, met sprekers.
Tussen de (lekkere) gerechtjes door spraken, ingeleid door 'dagvoorzitter' Aleid Truijens, achtereenvolgens Kees Broekhof, Jacques Vriens en Esmeralda Akdag (leerkracht basisschool Het Element, Middelburg, heette tot februari 2018 De Vossenburcht).
Jacques Vriens las voor uit Smokkelkinderen en kreeg van gastvrouw Gerlien van Dalen (directeur Stichting Lezen) een oorkonde omdat hij in 25 jaar Voorleeswedstrijd de meest voorgelezen auteur is.
Esmeralda Akdag vertelde hoe op haar basisschool in Middelburg het lezen wordt bevorderd. Door veel aan lezen te doen, inderdaad, compleet met bibliotheek, deelname aan Bibliotheek-op-School en voorleeswedstrijd, taalcoördinator enz. Mooi: juf als voorbeeld. Vertellen wat je zelf leest, wat je fijn vindt om je lezen, het helpt. 'Je bent als juf een voorbeeld voor de kinderen.'
Kees Broekhof verwees naar divers onderzoek (Bol-Bus; 'Nijmegen') om te kunnen stellen: heus, het werkt. En prees de Leesmonitor van Bibliotheek-op-School omdat die scholen in staat stelt om zelf vorderingen in kaart te brengen. Maar hij vond dat er ook nog wel iets te verbeteren viel, met name in de kwaliteit van de uitvoering. Daarover, en over de opleiding tot leerkracht, werden voor het toetje nog enige ideeën geuit.
Het blijft natuurlijk wel werken tegen de klippen op.
Er is nog steeds een groot, zelfs groeiend aanbod aan tekst, ook digitaal, ook mooie kinderboeken, maar daarnaast een nog meer toenemend aanbod van bewegend beeld met gesproken of gezongen tekst, film, video/tv, vlog, youtube, wat niet al.
Dat kan heel onderhoudend zijn, maar je gaat er niet door lezen en een etmaal duurt slechts 24 uur.
Er is volgens Kees Broekhof een stijgend aantal leerlingen dat ook aan het eind van het basisonderwijs nog als 'zwak in lezen' kan gelden. En het aantal leesbeesten-boekenverslinders neemt af.
Er is bovendien, merkten diverse deelnemers op, een stijgend aantal leerkrachten-in-spe die zelf ternauwernood lezen.
Werk aan de winkel, nog altijd! Het taalonderwijs moet beter, en dat is dan één pijler naast die andere: leesbevordering, ofwel zorgen voor een ruim aanbod van boeken en tijdschriften en veel activiteiten om lezen aantrekkelijk te maken en te houden.
Meedoen aan de Nationale Voorleeswedstrijd is er slechts een van.
Wie weet wordt het beter. Om Gerlien van Dalen te parafraseren: zonder optimisme red je het niet.
vrijdag 18 mei 2018
De dosse hook glommert op de hieme zeek
Gat neep of d'n zuisterd? Gorgezat lekelt d'n hepperdiem se mavelzat in. Korredaag, se kremerd lit sluk! Klarremons zuut krijzel en devert d'n moop in. Kleert ne rolledaat, koepert ne zopermaat!
Gekremerd zilt men d'n grave laagbaarheden in d'n mopen. Grol!
Mor zanten vroopt mon zelemaats...
Vreks, gonter moolt d'n vlerestroker.
Gedderie, doer vroopt ne krakezat. Heilhol gedaver! Zoe koepert grezig d'n rolledaat, navens d'n grope greniling. Zuks bobert Klarremons deer zolle groven. De haggel verplovert d'n verdavering...
Gamenie ziezoekig veer Hongels?
Zok hoer...
Gries! M'r gaast d'n grovver oor d'n kraddeman. Se stoert plikkert d'n hepperdiem tok navens him vroopt. Rolledaat en greneling kwivveren. Doer takkert ne meewoert en slonks bewikkeren two vakkelakken. Stokkers krokken en d'n boemde donkt. Heier! Nachtens zookt hiel woenog ne dosse hook! H't blokert noor zwundel. Gorgels zwieveren doer sloond, rimmelriest zukende en schorgels bemiedende. Hinne kriks het ne bloeuwe bil, o gee! Zaandree: 'Kei ze flin de grond, d'n baarten greten u. Gebreid het droet.'
Growels drokken ne fliert se koppert inne sloet.
Zaas klaakt ne hepperdiem zerig oer se mavelzat. Prienterzat, se mavelzat. Rurg... Gebreid het droet, djaja... Koklenen zwieveren dergens klanklanderend ne newet ech woenog noor dievers ne klovers. Doer dievers krieg tenover tillens griebels ne glokkers, zenne zilt zopermaat te klillens. Vriet veur d/n hepperdiem.
Mier te kam?
Gekremerd zilt men d'n grave laagbaarheden in d'n mopen. Grol!
Mor zanten vroopt mon zelemaats...
Vreks, gonter moolt d'n vlerestroker.
Gedderie, doer vroopt ne krakezat. Heilhol gedaver! Zoe koepert grezig d'n rolledaat, navens d'n grope greniling. Zuks bobert Klarremons deer zolle groven. De haggel verplovert d'n verdavering...
Gamenie ziezoekig veer Hongels?
Zok hoer...
Gries! M'r gaast d'n grovver oor d'n kraddeman. Se stoert plikkert d'n hepperdiem tok navens him vroopt. Rolledaat en greneling kwivveren. Doer takkert ne meewoert en slonks bewikkeren two vakkelakken. Stokkers krokken en d'n boemde donkt. Heier! Nachtens zookt hiel woenog ne dosse hook! H't blokert noor zwundel. Gorgels zwieveren doer sloond, rimmelriest zukende en schorgels bemiedende. Hinne kriks het ne bloeuwe bil, o gee! Zaandree: 'Kei ze flin de grond, d'n baarten greten u. Gebreid het droet.'
Growels drokken ne fliert se koppert inne sloet.
Zaas klaakt ne hepperdiem zerig oer se mavelzat. Prienterzat, se mavelzat. Rurg... Gebreid het droet, djaja... Koklenen zwieveren dergens klanklanderend ne newet ech woenog noor dievers ne klovers. Doer dievers krieg tenover tillens griebels ne glokkers, zenne zilt zopermaat te klillens. Vriet veur d/n hepperdiem.
Mier te kam?
dinsdag 15 mei 2018
Vanaf de zijlijn
Heerlijk, vanaf de zijlijn commentaar leveren. Prototypes zo niet iconen: Waldorf & Statler, belangrijke bewoners van de Muppet Show (zie ook hier).
Statler: 'Deze show is vreselijk.'
Waldorf: 'Verschrikkelijk.'
Statler: 'Afschuwelijk!'
Waldorf: 'Volgende week weer?'
Statler: 'Natuurlijk.'
Heel herkenbaar, voor een blogger. Hier zijn ze op Youtube.
Statler: 'Deze show is vreselijk.'
Waldorf: 'Verschrikkelijk.'
Statler: 'Afschuwelijk!'
Waldorf: 'Volgende week weer?'
Statler: 'Natuurlijk.'
Heel herkenbaar, voor een blogger. Hier zijn ze op Youtube.
zondag 13 mei 2018
Blokje om
Ik ga graag een blokje om. Zo ook het gele blokje (vierkantje) in Blokje om van Judith Vanistendael. Of is het een mannetje met een druipneus? Nee, een theepot! Pardon, een fluitketel...
Het gele blokje van p. 3 verandert iedere bladzijde in iets anders, door toevoeging van een of meer andere vormen. Er komt van alles langs, van genoemde theepot tot een driehoek, van die driehoek via rollende balletjes en een rups (lijkt verdacht op die van Eric Carle). En zo door.
Voorbeeld: van aapje naar egeltje in 6 pagina's:
Het eindigt tenslotte met hetzelfde gele vierkantje als waarmee het begon.
Typisch een boek om met je kleuter op schoot te bekijken. Wat is dit? En dit? Een blokje om vol verrassingen.
Maar ook een fijn spelletje met figuratief en abstract en als zodanig te gebruiken in een lesje over kunst in de bovenbouw basisonderwijs.
Een klein juweeltje, dit boek van Judith Vanistendael.
Vanistendael, Judith. Blokje om. Querido Kinderboeken, 2018, ISBN 978 90 451 2173 4.
Het gele blokje van p. 3 verandert iedere bladzijde in iets anders, door toevoeging van een of meer andere vormen. Er komt van alles langs, van genoemde theepot tot een driehoek, van die driehoek via rollende balletjes en een rups (lijkt verdacht op die van Eric Carle). En zo door.
Voorbeeld: van aapje naar egeltje in 6 pagina's:
Het eindigt tenslotte met hetzelfde gele vierkantje als waarmee het begon.
Typisch een boek om met je kleuter op schoot te bekijken. Wat is dit? En dit? Een blokje om vol verrassingen.
Maar ook een fijn spelletje met figuratief en abstract en als zodanig te gebruiken in een lesje over kunst in de bovenbouw basisonderwijs.
Een klein juweeltje, dit boek van Judith Vanistendael.
Vanistendael, Judith. Blokje om. Querido Kinderboeken, 2018, ISBN 978 90 451 2173 4.
Abonneren op:
Posts (Atom)