Zoeken in deze blog

donderdag 28 februari 2013

En nu?

Het laatste nummer van Leesgoed zat vandaag bij de post, 39e jaargang (2012) nummer 6, ietwat laat verschenen.

Mooie voorkant, en een redactioneel van Karin Kustermans waaruit blijkt dat zij dat in ieder geval na 5 januari 2013 heeft geschreven: ze staat stil bij de dood van Jan Simoen.
Karin en redactiegenote Wendy de Graaff schreven een zeer lezenswaardig afscheidsartikel, een 'visie' op hoe het met de jeugdliteratuur 'is gesteld' (niet zo goed, ondanks of juist door de enorme aantallen titels), betogen (wat mij betreft terecht) dat er meer dan ooit behoefte is aan gezaghebbend overzicht, en laten dit artikel volgen door een naschrift van henzelf onder de titel 'Nou en?' Nog eens een fel pleidooi voor literatuur, ook voor kinderen, en voor aandacht voor die literatuur.

Ik zou dat 'Nou en?' graag veranderen in: 'En nu?'
Daarmee verwijs ik naar de allereerste jaargang (1974) van Leesgoed, dat toen nog niet Leesgoed heette, maar En nu over jeugdliteratuur. Een strijdlustige titel (klemtoon op nu), verzonnen door roerganger Annie Moerkercken van der Meulen, de eerste baas van Bureau Boek en Jeugd.
Dat bestaat inmiddels ook niet meer.

Leesgoed weg.
En nu?

Dit nummer verdient een uitvoerige recensie en de bijdragen van Karin en Wendy een vervolg. Ik kom er in maart op terug.


maandag 25 februari 2013

Groot vertrouwen in stroomvoorziening

Zomaar een bericht op Leesplein:

'  Bij Inholland is over 2,5 jaar geen boek meer te vinden
20-02-2013
Hogeschool Inholland heft als eerste instelling voor hoger onderwijs de traditionele bibliotheek op. De 145.000 papieren boeken op vijf locaties van de hogeschool moeten in september 2015 weg zijn.
Inholland wil studenten en medewerkers alleen nog digitale boeken aanbieden. Daarmee is het de eerste instelling voor hoger onderwijs in Nederland die haar traditionele bibliotheek opheft.

Ria Paulides, hoofdverantwoordelijke voor de bibliotheken van Inholland, zegt dat nu al driekwart van alle boeken die op de school beschikbaar zijn digitaal wordt aangeboden.

´We gaan toe naar een ander bibliotheekconcept. We lenen niet langer fysieke boeken uit, zetten geen stempels meer.
Het gaat vooral om secundaire literatuur: boeken die het materiaal in de lesboeken ondersteunen. Dat zijn over het algemeen recente boeken. Ze staan meestal vijf tot acht jaar bij ons in de bibliotheek voordat ze vervangen moeten worden.
De bibliotheek heeft naast leerboeken een collectie die bestaat uit bijvoorbeeld vakartikelen in tijdschriften en jaarverslagen van bedrijven. Vooral deze categorieën zijn al digitaal beschikbaar in databanken waarvoor we een licentie hebben aangeschaft. Het boek is zo’n beetje het laatste medium dat digitaal wordt.
Een bewaarfunctie heeft onze bibliotheek niet. We zijn niet in het bezit van unieke exemplaren, zoals sommige universiteitsbibliotheken.´
Bron: NRC Handelsblad  ' (Links door mij aangebracht.)

Als de stroom uitvalt, heeft Hogeschool InHolland geen enkele vakliteratuur in huis. Hieruit blijkt een enorm vertrouwen in de continuïteit van de stroomvoorziening in Nederland. Hulde voor dit optimisme!
Hetzelfde optimisme verklaart vermoedelijk dat de bestuurders van InHolland aannemen dat elke student over de middelen zal beschikken om die vakliteratuur, zolang er stroom is, tot zich te nemen en bereid is dat via een scherm te doen, zelfs lange teksten. InHolland kweekt de Nieuwe Lezer. Die doet het zonder papier.

Onlangs nog kon ik enkele technische leerboeken bekijken van een student aan een hogeschool. Ik kon me enerzijds voorstellen dat veel grafieken en afbeeldingen in een digitale uitgave tot bewegende grafieken en filmpjes zouden kunnen worden bewerkt, met duidelijke voordelen voor de uitleg; anderzijds leek het me zeer lastig om zo'n boek per scherm te bestuderen.
Maar ik ben dan ook (ondanks de aanschaf van een enkel e-boek) een Oude Lezer.
En nog redelijk sceptisch ook, zowel inzake het vertrouwen in oneindig voortdurende vlekkeloze stroomlevering als inzake het vertrouwen in besturen van hogescholen. Wat dat betreft heeft Hogeschool InHolland een boeiende geschiedenis.

dinsdag 19 februari 2013

Taaltoerisme


Een van de meest onderhoudende boeken die ik de laatste tijd heb gelezen, ideaal voor het nachtkastje: Taaltoerisme, feiten en verhalen over 53 Europese talen van Gaston Dorren (Scriptum, 2012, 2e druk), met ook bijdragen van Jenny Audring. Het boek is in de boekhandel te koop, maar de auteur zelf verkoopt ook, net als zijn uitgeverij. Dat scheelt natuurlijk boekhandelskorting.
Hij heeft een blog bij het boek gemaakt die minstens zo onderhoudend is. Boek uit? Tablet mee naar bed...
Want 'hoe talen klinken' kun je niet zo goed in een boek uitleggen, dat moet je horen. Met ook nog leuke filmpjes, bijvoorbeeld die in het bericht d.d. 19-11-2011, over het bijna niet gesproken Iers in Ierland.
Behalve onderhoudend is het boek ook nog redelijk informatief, vooral voor wie van taal houdt en zich interesseert voor de talen die er gesproken worden in de landen waar hij in reist. Om te beginnen: 53 talen? Jawel, 53 talen! Van Albanees, Armeens en Azerbeijdzjaans via Faerøers, Frans, Fries en (jawel) Nederlands tot Turks, Welsh en Zweeds, het begrip Europees is nogal ruim opgevat, maar niet te ruim.
Van de besproken talen worden vooral bijzonderheden opgedist, het zijn geen complete beschrijvingen. Van het Zweeds beschrijft hij bijvoorbeeld onder het kopje 'U vecht terug' de ontwikkeling rond de du-reformen, ofwel de opmars van de vertrouwelijke aanspreekvorm, die de laatste tijd weerstand ondervindt, vandaar het kopje. Van het Albanees de vraag wie zich bekommert om de studie van het Oud-Albanees.  Van het Welsh het fascinerende gegoochel met beginklanken, en hoe dat is ontstaan, een glasheldere uitleg. Van het Nederlands: onder het kopje 'Geslachtsziek' het gegoochel met woordgeslachten. (Twee voorbeeldzinnen: 'Olijfolie is het lekkerst als het geperst is' en 'Het meisje mocht zelf kiezen welke ijsje ze wilde'.) Van het Iers: de vrijwel museale status van die taal, zie boven.
Hierover een citaat, naar aanleiding van de officiële status van de taal:
' Bij het Europees parlement en sommige ministerraden staan tegenwoordig Ierse tolken paraat. Drie weken per maand verblijven de vier tolken in Brussel, de andere week zitten ze in Straatsburg.
Drukke baan, dat tolken? Valt wel mee. Slechts zes europarlementariërs kennen Iers, en die spreken meestal Engels. In 2007 hoefden de tolken per zittingsdag gemiddeld maar 30 seconden in actie te komen. Een half uur in totaal. Daarmee heeft het Gaeilge, hoewel in Ierland op sterven na dood, op het vasteland dus zijn eigen folkloristische themamuseum, pendelend tussen Brussel en Straatsburg, met af en toe een uitstapje naar elders. Kosten voor de EU: 3,5 miljoen per jaar (inclusief schriftelijke vertalingen). Nog geen eurocent per inwoner. Geen geld voor een museumkaartje. '

Gaston Dorren hield onlangs in Levende talen nog een pleidooi voor het vak taalkunde in het voortgezet onderwijs. Gelijk heeft-ie.


Dorren, Gaston. Taaltoerisme, feiten en verhalen over 53 Europese talen. Met bijdragen van Jenny Audring. Scriptum, 2012. ISBN 978 90 5594 886 4. € 16,-.

NB 3-12-2014. De vertaling van Taaltoerisme in het Engels, Lingo, schijnt goed verkocht te zijn.

De burger en de premier


Bijna bij het oud papier, de Volkskrant 14-2-2013 met deze kop. Ging over het 'akkoord woningmarkt', maar dat doet er nu even niet toe.
Dacht ik toch altijd dat Mark Rutte óók een burger was... en al zijn medeministers ook. Net als ik, schoorvoetend moet ik het toegeven, ook ik ben een burger. De 2e betekenis van mijn Van Dale, 10e druk: 'lid van een staatsgemeenschap als zodanig, staatsburger'. Trouwens ook de 1e: ingezetene van een stad. En ook: niet-militair en niet van adel. Evenmin boer en/of buitenman. Geldt allemaal ook voor Mark Rutte.

'De burger' dook de laatste tijd weer vaker op, maar helaas zette ik gisteren het oud papier buiten - met al die burgers. Het blijft opvallen: de burger, dat is vaak de Ander. Of: de mens die niet in te delen is bij politici, politie, leger, medisch personeel en andere beroepsgroepen waarvan vertegenwoordigers van tijd tot tijd melden dat ze iets met 'de burger' hebben.
Als je alle mensen zou kunnen indelen in zulke beroepsgroepen, blijft er geen burger over behalve die in snelvoeretablissementen wordt verkocht.
Zijn alleen kinderen, werklozen, gepensioneerden en geestelijk gestoorden burgers?
Is burger een ander woord voor consument van politiek?

donderdag 14 februari 2013

Gecertificeerde recensenten

Een bericht op Leesplein leerde me dat er een groep recensenten is gekomen die een cursus heeft doorlopen om beter bepaalde digitale toepassingen voor kinderen te kunnen beoordelen. Deze recensenten hebben een certificaat ontvangen. Zouden dit de eerste gecertificeerde recensenten ooit zijn? Er stond niet bij wie deze certificaten uitreikt. Wel wie de cursus verzorgde: Mijn Kind Online.
Volgens het bericht zijn al deze gecertificeerde recensenten bibliothecaris:
' Het gaat om bibliothecarissen die geleerd hebben hoe je leesapps voor kinderen van 0-12 jaar selecteert en beoordeelt en hoe je hier een goede recensie over schrijft.

De komende tijd gaan deze recensenten voor de bibliotheken leesapps selecteren, beoordelen en recenseren. De recensies worden ontsloten via een widget (voorbeeld rechtsonder).
Informatie over het plaatsen van de widget volgt binnenkort op bibliotheek.nl. ' Dat 'voorbeeld rechtsonder' ontbrak. Maar via Bibliotheek.nl (de vermoedelijke uitreiker van de certificaten) vond ik een voorbeeld - waarin de naam van de gecertificeerde recensent ontbrak. 't Is wat: ben je een echte Gecertificeerde Recensent, ontbreekt je naam onder de recensie. Maar via de link Achtergrondinformatie na de recensie vond ik namen: Berber Bouma, Marjan van den Heuvel, Danielle Immens, Renée de Kievith, Karien Krijt, Tet Luursema, Roeleke van der Meer en Marjan Swelsen, gefeliciteerd!




Zonder dollen, het lijkt me een goed initiatief om zulke uitgaven of producten in kaart te brengen en te beoordelen. Dat gebeurt in de bibliotheekwereld al sinds jaar en dag voor (kinder)boeken en met de toename van zulke apps ligt het voor de hand die aan de reeks te beoordelen uitgaven toe te voegen.
Klein verschil lijkt me wel dat inzake boeken zulke beoordelingen in de bibliotheek als leidraad dienen voor de aanschaf. De betreffende recensies heten dan ook sinds jaar en dag Aanschafinformatie, ook wel 'AI's' en taalkundigen let op, dit is wellicht de enige plek waar het woord (aanschaf)informatie een meervoud kent. Een hiervan afgeleid (nuttig en vreemd maar leuk genoeg gratis) product voor het onderwijs heet Onderwijsrecensies.
Maar apps kunnen moeilijk aangeschaft worden voor de uitleen, lijkt me. Dit initiatief is kennelijk bedoeld als achtergrondinformatie voor bibliothecarissen - maar dankzij de online-publicatie voor iedereen. Het betreft ook niet alle apps, maar apps 'die te maken hebben met boeken en lezen'. Vandaar de nieuwe term leesapps, denk ik. Niettemin, een lovenswaardig overzicht. Ik zou het overigens verwelkomen als er nog een stukje over de gehanteerde maatstaven werd geplaatst.

De eerste gecertificeerde recensenten? Dat dacht ik, maar datzelfde Bibliotheek.nl blijkt ook het initiatief te hebben genomen voor Welkboek: een manier om een boek te kiezen, online vanaf vandaag. 'Ieder boek is gelezen, beoordeeld en beschreven door een van de twintig getrainde WelkBoek-proeflezers. Allemaal professionals uit de bibliotheekbranche, met een passie voor mooie verhalen.' Wellicht hebben deze 'proeflezers' na hun training ook een certificaat ontvangen?
Ik heb meteen de proef op de som genomen en via de 12 schuiven gezocht naar een verdrietig, serieus, verontrustend en onvoorspelbaar boek. (Meer dan 4 schuiven tegelijk kan men niet bedienen.) Bovenaan de lange lijst zoekresultaten: Onderhuids van Michel Faber.
Vervolgens gezocht naar een vrolijk, grappig, veilig en voorspelbaar boek (Die 4 schuiven naar de andere kant.) Bovenaan de nu niet zo lange lijst: De huilende madonna van Valle de la Virgen van Kirstan Hawkins. En toen ook nog maar eens naar een walgelijk, gewelddadig, zwartgallig boek met veel sex. Bovenaan: 1980 van David Peace. Het tegenovergestelde, een mooi, zachtaardig, optimistisch boek zonder sex: Waar zijt gij, Schildpad van Jessica Grant. Tenslotte voor de wanhopige scholier op zoek naar een makkelijk, kort boek gezocht. Bovenaan de 'redelijke' zoekresultaten: Pluk de dag van Anna Gavalda.
Wat een leuk spelletje! Zo vind je nog eens wat.
Voer voor ongecertificeerde recensenten om hierin nog wat meer te grasduinen.

maandag 11 februari 2013

Little Free Library

Sinds 5-2-2013 heeft Den Haag er volgens Leesplein een nieuwe bibliotheek bij; een piepkleine Little Free Library.
'De Amerikanen Todd Bol en Rick Brooks begonnen in 2009 met Little Free Library, een beweging om kleine ruilbibliotheken te bouwen in en voor de lokale gemeenschap. Ze willen hiermee lezen en literatuur promoten. Tevens is het de bedoeling lokale bibliotheken te versterken, door meer interesse voor het lenen van boeken te wekken op plekken waar de dichtstbijzijnde bibliotheek wat verder weg gevestigd is.
Inmiddels heeft het project wereldwijd navolging gekregen met meer dan 2.000 mini-bibliotheekjes.

In een klein boekenkastje staan ongeveer 30 boeken die door iedereen gratis geleend mogen worden. Het betreft in Den Haag vooral kinderboeken, reisgidsen, Engelse boeken en kookboeken.
Den Haag is niet de eerste in Nederland, er staan ook al bibliotheekjes in Delfgauw, Zutphen en twee in Nijmegen.'

Zutphen
Het idee van een informele bibliotheek is niet nieuw, er bestaan diverse initiatieven op dat gebied. Oud-bibliothecaris Jo Han Khouw heeft er een aantal berichten aan gewijd in zijn blog Doc 1.5, voor het allereerst op 28 september 2010 en onder de titel 'De informele bibliotheek' voor het eerst op 28 juli 2012. Het is vergelijkbaar met het boekenweggeef-intiatief dat internationaal als Book crossing bekend staat. En wat gewoner: boeken ruilen.
Ik citeer Jo Han Khouw d.d. 28-7-2012:
Wat meteen opvalt is de enorme veelvormigheid. Boeken ondergebracht in allerlei soorten gebouwen, in oude telefooncellen, kastjes, kiosken, tenten, in uitvergrote vogelhuisjes of hondenhokken, zelfs in uitgeholde boomstammen. Er speelt daarbij ook een veelheid van motieven: het bedenken van nieuw leven voor afgedankte boeken, verzet tegen dreigende of al voldongen sluiting van openbare bibliotheken, stimuleren van het lezen in het kader van cultuureducatie, het realiseren van evenementen of kunstprojecten, organiseren van sociale activiteiten in de eigen buurt, enz.  '
Hij noemt in zijn (tot nu toe) vijf berichten over de informele bibliotheek inspirerende voorbeelden. Ik pik er eentje uit:
Op dinsdag 24 april 2012 werd in Zwijndrecht een ‘boekenboom‘ in gebruik genomen. Mike Mastwijk en Ton Jille, directeuren van twee plaatselijke basisscholen kwamen tijdens een studiereis een dergelijke boom tegen in Berlijn. En toen de wijkbibliotheek werd wegbezuinigd, besloten ze om er werk van te maken. Nu staat die boekenboom er, in een plantsoentje langs de Karel Doormanlaan. Hij is gemaakt van vijf met elkaar verbonden stukken boomstam. Daarin zijn vakken gezaagd, afgedekt met een plastic flapje. Leerlingen van de basisscholen zullen de boom en de boekenvulling onderhouden. Bezocht op 26 juli.  '

En natuurlijk vroeg Jo Han Khouw zich als oud-werknemer van een openbare bibliotheek af hoe er daar gereageerd werd op deze gratis uitleenbibliotheken langs de kant van de weg. Hij besteedde daaraan op 1 augustus 2012 zijn 5e bericht. Daaruit blijkt dat bibliotheken vooral het concept overnemen. En hij verwijst naar een fraai stukje op het blog Ten aanval ('over bibliothecarissen, bibliotheken, leesbevordering en soms over kunst') van Jeanine Deckers: 'Zijn ruilbibliotheken een bedreiging?'.
Haar antwoord: nee.
Ik citeer:
' Zijn dit soort initiatieven een bedreiging voor de openbare bibliotheekbranche? Als je vindt dat het belangrijkste doel van een openbare  bibliotheek is om zoveel mogelijk boeken uit te lenen dan is een ruilbibliotheek (boekenasiel, boekenbastion, whatever) inderdaad een serieuze bedreiging, want die is gratis, in alle opzichten.  Daar kan geen bibliotheek of businessplan tegen op, daar kunnen we het nooit van winnen.

Maar het uitlenen van boeken is niet de belangrijkste taak van een bibliotheek. Niet in mijn ogen althans. De belangrijkste taak is om een rol in de lokale gemeenschap te vervullen, om inwoners de ruimte te geven om zichzelf intellectueel te ontwikkelen, om zich een mening te vormen, om inwoners te helpen met (leren) lezen en ze te helpen met hun weg te vinden in deze (steeds ingewikkelder wordende) samenleving. Maar de bibliotheek is ook een plek, The last truly democratic space, where nobody moves you along volgens de Irish Times. Een bibliotheek is een plek waar je mag “hangen”, waar je niets hoeft te kopen en waar je je niet beter hoeft voor te doen dan je bent.

Of zoals Zadie Smith, in haar inmiddels beroemde artikel, schrijft: Neglected libraries get neglected, and this cycle, in time, provides the excuse to close them. Well-run libraries are filled with people because what a good library offers cannot be easily found elsewhere: an indoor public space in which you do not have to buy anything in order to stay. Dat is óók een taak van de bibliotheek, neutraal terrein zijn in een steeds drukkere commerciële wereld. We merken het in de Airport Library ook: mensen vinden het fantastisch dat er een rustpunt is op Schiphol, een plaats waar ze niks moeten en niks hoeven. '


Terug naar de Little Free Library.
Er is een wereldkaart met de locaties van Little Free Library. Dat er vooral veel in de VS te vinden zijn is geen toeval:   'Little Free Library is a registered trademark of Little Free Library, Ltd. Use of this name and image is restricted by U.S. and international law. All rights reserved.'
Doel: volgens de organisatie, zie Littlefreelibrary (ook op Facebook):

'- To promote literacy and the love of reading by building free book exchanges worldwide. 
- To build a sense of community as we share skills, creativity, and wisdom across generations
- To build more than 2,510 libraries around the world - more than Andrew Carnegie--and then more.'
Een raadselachtig aantal, 2510. Het waarom hiervan vond ik niet terug op de gezellig rommelige website van LFL. Zal kennelijk iets met Carnegie te maken hebben. De club heeft zijn hoofdkantoor in Minnesota, blijkt een staf te hebben en nog steeds een 'a clearly defined non-profit mission'. De organisatie wordt verder ontwikkeld onder leiding van ene Melissa Eystad, die een adviesbureau heeft getiteld World Spirit Consulting. Even dacht ik iets van religieuze zendingsdrang te ontwaren, maar dat was een spookbeeld.

Deze initiatieven passen in een periode waarin mensen kennelijk niet meer van hun toch zelf gekozen bestuurders verwachten dat die maatschappelijke doelen uitvoert, een verwachting die in de VS toch al nooit zo sterk was. Ze nemen initiatieven voordat hun bestuurders dat doen.
Wat die bestuurders dan vervolgens moeten doen, dat is een ander onderwerp.
Wat mij betreft blijft het in stand houden van een netwerk van openbaar bibliotheken een mooi maatschappelijk doel, dat best uit belasting-opbrengsten mag worden betaald. Maar niet als enkel uitlenen het doel is.

PS. Kwam later (28 maart 2013) nog een voorbeeld tegen uit Casablanca! Ktabi Ktabek, een project van de Association des Jeunes Citoyens. Artikeltje in Le Soir 28-03-2013.

 

PS2. En zouden ze in Casablanca weten dat in Nederland de afkorting AJC ooit stond voor Arbeiders Jeugd Centrale...? Vast niet.

woensdag 6 februari 2013

Literatuurgeschiedenis

Door een persbericht van de Taalunie werd ik er weer op gewezen: er is een achtdelige nieuwe Geschiedenis van de Nederlandse literatuur in wording. (Bedoeld wordt: geschiedenis van de Nederlandstalige literatuur, een andere naam was beter geweest, bijvoorbeeld Geschiedenis van de literatuur van de Lange Landen.) Uitgave: Prometheus / Bert Bakker.
Vijf delen zijn al eerder verschenen (vanaf 2006). Het zesde, Wereld in woorden (1300-1400), verscheen deze maand. Auteur: Frits van Oostrom.

Tot mijn schande moet ik bekennen geen van de verschenen delen ook zelfs maar ingekeken te hebben.
Of deze ongetwijfeld ruim gesubsidieerde geschiedenis dus een vooruitgang is ten opzichte van eerdere geschiedenissen, bijvoorbeeld Nederlandse literatuur. Een geschiedenis (Nijhoff, 1993) of de website Literatuurgeschiedenis kan ik niet beoordelen. Wel vind ik het merkwaardig dat er zo snel na de genoemde, meest recente projecten weer een geschiedenis verschijnt, en nog wel in boekvorm.

Helma van Lierop, hoogleraar jeugdliteratuur, besprak het deel Altijd weer vogels die nesten beginnen (1945-2005) van Hugo Brems, dat in 2006 verscheen. Zie haar in DBNL opgenomen beschouwing in Literatuur zonder leeftijd jaargang 20 (2006). Zij bekeek vooral de voor- of achteruitgang aangaande de jeugdliteratuur, dat permanent onderschoven kindje in de literatuurwetenschap (zie ook hier). Haar conclusie was niet bemoedigend:
Het verhaal van de jeugdliteratuur in Altijd vogels die nesten beginnen is vooral een verhaal van losse eindjes geworden. Dat heeft echter niet alleen te maken met de stand van zaken in de studie naar jeugdliteratuur in Nederland en Vlaanderen. Het onderzoek dat wel beschikbaar is, is onvoldoende benut. Daarnaast speelt ook de keuze voor één centraal thema - de literaire emancipatie van de jeugdliteratuur - Brems parten.
Had de jeugdliteratuur dan beter uit het overzicht weggelaten kunnen worden? Nee, want daarmee zou geen recht gedaan zijn aan de terechte omschrijving van de Nederlandse literatuur in de inleiding. Bovendien is de aandacht voor kinder- en jeugdboeken, hoe gering dan ook, een blijk van erkenning voor de jeugdliteratuur die lange tijd voor onmogelijk is gehouden.  '

Ik wacht met belangstelling de recensies af van het zojuist verschenen deel.
En bepleit intussen een soort Literatuurgeschiedenis 2, toegang tegen betaling geen bezwaar en met aandacht voor literatuur voor jonge lezers. (In de eerste versie ontbreekt zelfs Annie M.G. Schmidt...)

PS. De eerste recensies die ik zag (van Jaap Goedegebuure in Trouw en Jeroen Vullings in Vrij Nederland) waren erg lovend en besteedden geheel volgens verwachting geen enkel woord aan het aandeel jeugdliteratuur, überhaupt niet aan wie het publiek was.

dinsdag 5 februari 2013

Nationale Onderwijsbeurs

Gunde me onlangs 1 dag Nationale Onderwijs Tentoonstelling. Dat is natuurlijk geen tentoonstelling, maar een beurs en daarover doen de organisatoren niet moeilijk: de ondertitel luidt terecht 'dé vakbeurs voor professionals in het PO, VO en MBO'. Vijf grote hallen vol stands van bedrijven en instellingen. Van bouwers af tot musea toe, vrijwel alles en iedereen die iets te bieden denkt te hebben voor het onderwijs, is er aanwezig. Of je als school nou nieuw meubilair zoekt, nieuwe airco, nieuwe beheersprogramma's, of een nieuwe leesmethode, een bezoek aan de NOT is nuttig. En zelfs alleen nuttig áls je iets zoekt, want zonder gericht doel verdwaal je in de overvloed.

Nu ben ik geen school en ik had er dus eigenlijk niets te zoeken, behalve wat bekende gezichten en een indruk van het aanbod aan kinderboeken en leesmethodes.
Een bezoekje aan de stand van mijn eigen ex-werkgever, NBD Biblion, bracht me een bekend gezicht en ook noteerde ik de totale afwezigheid van eigen boekuitgaven en zelfs van de Fundels was niets te bekennen.   Een bezoekje aan de website leerde me echter dat er nog steeds boeken verschijnen, inclusief vakliteratuur, waaronder De Leesomgeving en Vertel eens van Aidan Chambers, opnieuw verschenen in één bundel, Leespraat. Ik ben er nog steeds tevreden over dat ik die voor wat toen Biblion Uitgeverij heette heb kunnen binnenhalen.
Wel in de stand: aandacht voor de uitleenklare levering van boeken, en een proef van een nieuw product, een databank waarin je op titel kan zoeken en dan behalve recensies, leveringscondities e.d. ook terecht komt bij tips om met boeken te werken. Die kwamen me bekend voor: ontleend aan Boekidee, het praktisch katern van Leesgoed, het tijdschrift waarvan binnenkort het laatste nummer verschijnt. Of NBD Biblion hierover met de redactie van Boekidee heeft gecorrespondeerd, weet ik niet. Kennelijk beschouwt het bedrijf zich als eigenaar van de auteursrechten. Het enige dat ik weet is dat zo'n overdracht van auteursrechten nooit is geregeld zolang ik hoofdredacteur en medewerker van NBD Biblion was.

Verder zag ik een zeer drukke Kinderboekenstraat.

Vooral de affiches en beursaanbiedingen deden het goed, en ook gimmicks als het Rad van Fortuin bij Lannoo. En zowaar dook in de stand van Pardoes een hele oude bekende op, kwam ik in de wandelgangen ook nog ex-Leesgoed-redactiegenoot Bert Kouwenberg tegen, en met nog wat mensen kwam ik zo wat betreft bekende gezichten wel aan mijn trekken.

Nee, nieuwe jeugdliteratuur pikte ik er in de drukte niet zo gauw uit en daar waren de stands ook niet op ingericht, al helemaal niet de genoemde Pardoes. Maar ik tekende andermaal op dat de Kinderboekenstraat een succesvol deel van de NOT is. Dus hebben Christofoor, Clavis, Gottmer, Holland, Hoogland & Van Klaveren, Kluitman, LemniscaatMercis Publishing, Pardoes, PlintUnieboekDe Vier Windstreken, De Wakkere MuisZwijsen (uiteraard ook elders met een grote stand aanwezig), Groep Algemene Uitgevers / NUV, Stichting Lezen en wat verderop o.a. Kindermuziekwinkel, Meesters in Muziek en Rep en Roer Musicals er volgens mij goed aan gedaan om er te zijn.

Al dacht 1 jonge bezoeker daarover misschien wat anders.

Mijn oog werd tussen de reusachtige stands van de educatieve uitgeverijen getrokken door Alles-in-1, dé methode voor samenhangend onderwijs.
Hoe nu, geen aparte methodes meer nodig voor taal, lezen, rekenen, natuur, wereldoriëntatie enzovoort? Was me voorgaande NOT-ten helemaal niet opgevallen. Toch bestaat het bedrijf al zo'n tien jaar.
Het viel ook tegen, bij navraag en nadere blik. Het is een handig idee, om taal- en leesonderwijs te koppelen aan wereldoriëntatie en expressievakken, maar de leus bleek gewoonweg niet waar en dat leert ook een bezoek aan de website.

Gloednieuwe leesmethodes? Niet gezien, kan aan mij liggen. Rust aan het front. Hoewel... juist bij marktleider Zwijsen (met Veilig leren lezen) vond ik nog Estafette Nieuw, een soort vervolg op Veilig leren lezen. En ook al weer niet zo nieuw, want een aanpassing van Estafette, dat al sinds 2001 op de markt is, en versie Nieuw is er ook al weer enige tijd.

Ben ook nog even door de Dyslexiestraat gewandeld. Daar stond o.a. De Inktvis van Elseline Knuttel, still going strong en op stevige stappers, en concurrent Bontekoe, en ook instituten als IWAL en Lexima, die  zichtbaar van leesproblemen een profijtelijke handel hebben gemaakt.
Raar eigenlijk dat die straat zo ver verwijderd was van de Kinderboekenstraat. Ik zou ze in elkaars verlengde willen zien.

Ook wat er aan leesbevordering te vinden was stond her en der. In de Kinderboekenstraat Stichting Lezen, een hal verder De Bibliotheek op School, het initiatief waarbij Leesgoed zo goed had kunnen aansluiten met een welwillender uitgeverij (NBD Biblion) en een wat meer op leesbevordering (en misschien ook: meer op Nederland?) gerichte laatste hoofdredacteur, weer ergens anders Biblionet, en elders nog NBD Biblion met zijn boekbinderij en databanken, zie boven. Een klein maar goed ingericht bibliotheekplein had niet misstaan.

Tot slot: het viel me op dat het jongetje dat de voorkant van de brochure van De Bibliotheek op School tooit, een lievere versie lijkt van het beeldmerk van Mad.
Kijk maar: