Zoeken in deze blog

woensdag 17 december 2025

Vogels voor kids

Niet voor het eerst stelde ik me de vraag: wat zijn kids? Waarin verschillen ze van kinderen?
Zijn kids toevallig luidruchtige kinderen, erg aanwezig? Vandaar dat ze altijd in het meervoud zijn, alsof één kid te stil is? Zijn kids vooral kinderen als consumenten? Zelden heeft men het over de juiste opvoeding van kids, of welk diploma de kids gaan halen, vaker gaat het over vakantie met en spullen voor kids, met de kids op pad, aan tafel, enzovoort. Het gaat nooit over rechten voor kids (die hebben of nemen ze al), wel over rechten voor kinderen (die hier en daar vergeten worden). 
 
Onlangs landde een Vogelgids voor kids op de bespreektafel, aanleiding tot dit bespiegelingetje. Ondertitel: leer eenvoudig vogels kijken en herkennen
In het Frans heet het origineel Le petit guide ornitho, de kleine vogelgids. Kleine broer van Le grand guide ornitho, die anders dan het kleine broertje een vertaling is van een zeer bekende, ook in het Nederlands vertaalde gids, die van Lars Svensson c.s. (ANWB Vogelgids van Europa. Dé gids, tegenwoordig.)
Ondertitel van Le petit guide ornitho is Observer et identifier les oiseaux, niks eenvoudig, maar 'ce guide s'adresse à tous ceux - enfants et adultes - qui s'intéressent aux oiseaux, et qui souhaitent apprendre à les observer et à les reconnaître.' Ofwel: niet speciaal voor kinderen, pardon, kids, wel voor beginners, waaronder kinderen. De foto op p. 175, een rijtje vogelaars, is niet echt uitnodigend voor kinderen, daarentegen staan voorin wel foto's van jonge vogelaars. De tekst is van Marc Duquet, die meer vogelboeken maakte - en ook de vertaler was voor Le grand guide ornitho. Zijn website toont: de man heeft iets met vogels.
 
Dat van die kids was dus een besluit van uitgeverij Kosmos, al dan niet in samenspraak met Vogelbescherming Nederland, waarvan het logo op de voorkant prijkt.
 
Het zou kunnen dat Kosmos tot dit besluit kwam omdat er al enkele vogelboeken op de Nederlandstalige markt zijn met het predicaat 'veldgids': de Veldgids Vogels vergelijken, herken soorten die op elkaar lijken van KNNV Uitgeverij, door Sovon-medewerker en fotograaf Harvey van Diek, de Veldgids Vogels herkennen door Felix Weiss, bij Deltas en vertaald uit het Duits, en tweedehands (goedkoop!) ook nog Veldgids - Vogels ontdekken en herkennen door Bärbel Oftring, eveneens bij Deltas, uit 2012 en eveneens vertaald uit het Duits. Bovendien zijn er nog de handzame uitgaven ANWB Basis Natuurgids Vogels (vertaald uit het Duits) en De gewiekste vogelgids, slim en eenvoudig vogels herkennen voor iedereen, door vogelkopstuk Nico de Haan, beide bij Kosmos. 
 
Keuze te over dus. Wie weet dacht een redacteur bij Kosmos gewiekst: ... maar niet specifiek voor kinderen, dus laten we daarmee aan de gang gaan, het boek positioneren, zoals dat heet.
Dus begint de gids met een voorwoord door Camilla Dreef, 'Ambassadeur van Vogelbescherming Nederland', dat leesbaar is voor mensen van pakweg 10+. 
 
Vogels kijken is het meest ontspannende en tegelijkertijd het meest spannende wat je kan doen. Het is altijd een avontuur en je weet nooit wat je tegen zal komen. Je zal je nooit meer vervelen, want vogels kijken kan altijd en overal.
 
Aldus Camilla Dreef. Slechts een beetje overdreven. En als je geen zin hebt in planten kijken, of schimmels of korstmossen, zijn vogels inderdaad na mensen en geleedpotigen de meest zichtbare wilde dieren, en ze kunnen bovendien nog tamelijk complex, dus interessant en (anders dan bij geleedpotigen) enigszins herkenbaar gedrag vertonen.
 
Gidsen raadpleeg je in het veld of thuis. Om mee te nemen moeten ze vooral hanteerbaar zijn, liefst niet te groot en te zwaar. Wat betreft formaat is deze gids is een twijfelgeval: compact, maar wel redelijk zwaar. Een veldgids moet bovendien praktisch zijn, dus alleen doen waarvoor hij in het veld dient: determineren. Dat gaat steeds vaker met handige programmaatjes op de telefoon. Boeken vallen daardoor steeds meer af.
En deze gids helemaal, want na genoemd voorwoord begint een hoofdstuk 'Vogels observeren' met allerlei wetenswaardigheden over vogels en vervolgens onder 'Vogels determineren' enkele vaktermen en praktische tips voor het waarnemen. Heel aardig en nuttig, veel foto's, maar niet nodig in het veld. Dit neemt bijna de helft van het boek in beslag!
 
Het is een gids voor thuis, deze Vogelgids voor kids. Geen mens, laat staan een kid, zal deze gids in de rugzak stoppen. Dat wordt ook niet gesuggereerd. Wel wordt direct na het voorwoord gesuggereerd dat je een verrekijker nodig hebt, met een foto van iemand (niet per se een kid maar wel jong) die door zo'n ding tuurt boven een foto van een plas vol kuif- en tafeleenden.
Zeer begrijpelijk. Je kan vogels waarnemen zonder verrekijker, maar dan kom je niet veel verder dan de meest algemene stads-, tuin- en parkvogels. Kauwen, stadsduiven, houtduiven, eksters, zwarte kraaien, wilde eenden, knobbelzwanen, soepeenden, koolmezen, pimpelmezen, roodborsten, huismussen... er valt genoeg aan te bestuderen, een lust voor het oog, maar er is nog zoveel meer. De info over het uitkiezen van een verrekijker (p. 34-37) is dan ook nuttig. Om dan vervolgens in de prijsklasse van 100 tot 350 euro alleen drie kijkers uit de winkel van Vogelbescherming te presenteren, waaronder een veel duurdere, lijkt op sluikreclame. (Verderop bij de telescopen, p. 178-179, valt dat mee. Wel wordt onbeschaamd reclame gemaakt voor het Vogelbescherming-tijdschrift Vogels, terwijl Limosa onvermeld blijft. Dat is geen goede voorlichting.)
 
Dat positioneren voor kids moet heel wat voeten in de aarde hebben gehad. Dat valt te concluderen door te vergelijken met het extrait van de Franse uitgave, die van de website van de Franse uitgeverij  (Delachaux et Niestlé) valt te downloaden. De globale opzet en veel foto's en tekeningen (Jean Chevallier) werden overgenomen, maar er kwamen een ander omslag, een groter lettertype en een andere opmaak. Ook werden hier en daar andere tekstjes ingevoegd.
 
Iets meer dan de helft van het boek bestaat uit vogelbeschrijvingen van elk 1 pagina. Dat biedt de kans om de Franse en de Nederlandse versie te tonen van, bijvoorbeeld, de pigeon ramier ofwel houtduif.



 
Je ziet: ander lettertype, andere indeling, 1 andere foto en deels andere tekst, niet alles is een-op-een vertaald.
 
Met de geboden informatie is weinig mis, toch toont juist de houtduif dat het wel eens fout kan gaan.
 
In het Frans:
 
Tir aux pigeons vivants

Les pigeons ramiers d’Europe du Nord sont migrateurs et survolent la France pour aller hiverner en Espagne. Ils doivent donc traverser les Pyrénées, où près d’un million sont massacrés chaque automne par les « chasseurs » de palombes…
 
(De houtduiven uit Noord-Europa trekken door Frankrijk om in Spanje te overwinteren. Ze moeten dus de Pyreneeën oversteken, waar elke herfst zo'n miljoen worden gedood door duiven'jagers'.)
 
In de Nederlandse uitgave:
 
Jacht op levende duiven
 
Nederlandse houtduiven zijn trekkers die in Spanje overwinteren. Tijdens de trek vliegen ze de Pyreneeën over, waar elke herfst bijna een miljoen vogels worden afgeschoten door 'jagers' op houtduiven.

Kijk om je heen, 's winters wemelt het van de houtduiven in Nederland! Inderdaad trekken de houtduiven uit noordelijke streken, waar 's winters altijd een dik pak sneeuw ligt, naar streken waar nog voedsel te vinden is. Sommige van hen vliegen naar Zuid-Frankrijk en Spanje. Maar dat 'Nederlandse houtduiven in Spanje overwinteren', dat kun je zo niet stellen. Vrijwel alle houtduiven blijven hier. (Waar er 's winters overigens op gejaagd mag worden.)
Kennelijk had de vertaler (Lily van Haren, 'voor Scribent.nl') minder kennis van vogels dan Marc Duquet, anders was dit zo niet in het boek gekomen.
Ook in details schuilt gevaar. Zo staat bij de spreeuw in het Frans vermeld dat die rechterop zit dan de merel ('se tient plus verticalement que le merle'), wat correct is. In de vertaling 'staat de spreeuw bijna verticaal, terwijl de merel recht staat'. U bedoelt? Nee, de merel staat niet krom...
En dan heb ik echt niet alle tekstjes doorgevlooid... 
Dus verder nog een voor alle beschrijvingen en beide versies geldende opmerking: er had iets meer over de grootte van de vogel in gemogen.
 
De keuze van soorten is in de Nederlandse versie dezelfde als in de Franse. Maar helaas, de Europese kanarie komt hier echt veel minder voor en van de kiekendieven is hier de bruine verreweg het meest aanwezig, terwijl de gids de blauwe behandelt. Ook de hop is hier een zeldzaamheid, net als de grauwe vliegenvanger, de zomertortel en de cirlgors. Dat de tamelijk zeldzame kraanvogel wel een pagina kreeg en de talrijk voorkomende grote zilverreiger niet is ook jammer. De geelpootmeeuw is in (Zuid-)Frankrijk algemeen en hier een zeldzaamheid, hier komt juist de sterk verwante zilvermeeuw veel voor, die het met een inzetje bij de geelpoot moet doen.
Gelukkig echter komen de meeste van de 115 beschreven soorten ook hier voor, soms talrijk, soms wat minder.
 
Dé gids voor kinderen, pardon kids? Eigenlijk is de keuze van de Franse uitgeverij slimmer, want die richt zich op jonge en oude beginners met zijn 'kleine vogelgids'. En ik ben niet vergeten dat ik als dertienjarige 'kneus' in de NJN meteen een 'volwassen' vogelgids kocht, namelijk Petersons vogelgids, ook wel liefdevol 'de Kist' genoemd (de vertaler heette J. Kist, Jan Kist). Die sjouwde ik mee in mijn rugzak en hij kreeg door vocht steeds groteskere vormen.
Ik zou het beginnende vogelwaarnemers van twaalf en ouder nog steeds aanraden: ga voor echt, koop de beste en volledigste, tegenwoordig dus niet de Kist, maar die van Svensson c.s., de ANWB Vogelgids van Europa. Vraag hem cadeau (hij kost wel zo'n 45 euro). Kinderen (kids?) van negen en ouder die tekenen van belangstelling vertonen zijn evenwel best goed af met deze Vogelgids voor kids, juist vanwege de inleidingen, maar ook met De gewiekste vogelgids of Vogels vergelijken. En vooral met een goede verrekijker, geen speelgoed-ding.
 
 
Duquet, Marc. Vogelgids voor kids. Illustraties Jean Chevallier. Kosmos, 2025, 12e druk (1e dr. 2012). ISBN 978 90 439 2531 0, 192 p. Oorspr. Le petit guide ornitho, Delachaux et Niestlé, 2010.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten