Zoeken in deze blog

woensdag 28 november 2018

Van oude journalisten die niet voorbijgaan

Sinds kort ben ik geabonneerd op Argus.
Voor jonge lezers die op dit elke twee weken verschijnend krantje stuiten, is het wellicht een curieus verschijnsel, geschrijf in de marge. De namen onder de artikelen zal hen weinig zeggen. Hopelijk spreken de artikelen hen aan.

Maar ik ben geen jonge lezer, ik ben 71 en mij zeggen de namen wel iets. Een feest der herkenning. Namen van een oude VPRO-garde, uit de hoek van Vrij Nederland en Het Parool. De naam Argus: die van de ijverige speurder uit de verhalen over Ollie B. Bommel, een creatie van Marten Toonder. Zijn portret (dat van Argus) prijkt voor op de krant en de website.




Hoofdredacteur Paul Arnoldussen kwam ik een eeuwigheid geleden tegen in het kantoortje van uitgeverij Sjaloom, toen men daar net begon met het uitgeven van linksige kinderboeken. Hij heeft heel lang bij Het Parool gewerkt. Medehoofdredacteur Rudie Kagie: die naam ken ik uit de kolommen van Vrij Nederland. Theo Bouwman: 'uitgever'. Ja, en vroeger van Vrij Nederland.
Ook andere namen onder artikelen roepen herinneringen in me op.

Het was tot nu toe aan me voorbijgegaan, een hint van een oud Leesgoed-redactiegenote bracht me op het spoor. Dat ene artikel in de Volkskrant op 30 november 2016 was me niet opgevallen. Het draagt de kop 'Lekker een krantje maken, net als vroeger', en de eerste alinea's luiden aldus:

Een grijze golf stroomt over drie maanden terug in de journalistiek. Gepensioneerde journalisten van Vrij Nederland en Het Parool, aangevuld met onder anderen oud-collega's van de Haagse Post, Opzij en De Telegraaf, brengen op 1 maart Argus op de markt.

Het tweewekelijkse 'auteursblad' presenteert zichzelf als 'dwars met een glimlach'. Het nieuws wordt bekend in de week dat Vrij Nederland voor de laatste maal als weekblad verschijnt. Dat zal geen toeval zijn.

Er staat een mooie foto bij, van Caroline Torenbeek, Rudie Kagie, Paul Arnoldussen en Bas Lubberhuizen in café Scheltema (foto Aurélie Geurts).



Ja, en hoe bevalt het?
Goed, dank je. Ik blijf lezen, dat is een goed teken. Zelf omschrijven ze de inhoud als 'smakelijke opiniekrant, zo’n blad dat we zelf graag zouden lezen, ingaand op het nieuws, maar ook met al dan niet actuele grotere verhalen waar het schrijfplezier vanaf spat', en tot nu toe, na twee nummers, kan ik dat onderschrijven. Ik hoop dat ze nog even volhouden.

Het blad kost twee euro per nummer ofwel € 50,- per jaar. Abonneren kan hier.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten