van Stine Jensen is uitgevoerd in dezelfde stijl als Lieve Stine, weet jij het?
Het richt zich tot hetzelfde publiek: kinderen van 9 en ouder. Je moet vlot kunnen lezen en woorden als egoïstisch, vriendschapsduo, vriendschapsprofessor, karakterontwikkeling of knuffelvrienden kunnen begrijpen, maar moeilijk is het niet en sex blijft buiten beeld. (Het hoofdstuk over knuffelvrienden gaat over knuffeldieren als vriend.)
Het is wel anders van opzet. Lieve Stine, weet jij het? wekte de indruk gebaseerd te zijn op brieven en de bijbehorende website waar kinderen hun vragen konden of kunnen stellen is er nog steeds, zij het onbeveiligd, wat met zo'n type website eigenlijk wat riskant is.
Vriendschap is alles is ingedeeld in hoofdstukjes:
Ieder hoofdstukje na de 'Inleiding', waarin ik word aangespoord om een vriendschapspaspoort zoals dat van Stine Jensen te maken, ...
... begint met een pagina in kleur met enkele antwoorden van bij voornaam genoemde kinderen (hun leeftijd staat er ook bij) op vragen over het onderwerp van dat hoofdstuk.
Hier bijvoorbeeld die over 'Dierenvriendschappen':
Of die antwoorden en kinderen echt zijn, staat er niet bij, maar op p. 119 dankt de auteur o.a. 'alle kinderen en volwassenen die vragen over vriendschap wilden beantwoorden'. Ik wil wel aannemen dat de antwoorden niet verzonnen zijn.
Ook illustratrice Karst-Janneke Rogaar wordt daar bedankt: zij kwam met het idee voor dit boek.
Zou ik het cadeau willen geven aan een pakweg tienjarige?
Ja, dat denk ik wel.
Op zijn minst zet het de lezer aan tot nadenken over vriendschap en eigen vrienden. Dat is het doel van dit boek en daarin is het geslaagd.
Paar opmerkingen.
Op p. 19 staat
Echte vrienden ben je met iemand omdat je die persoon aardig en leuk vindt. Omdat je het gezellig hebt en samen kunt spelen. Niet omdat je iets nodig hebt van diegene of omdat hij of zij zo handig is of veel spullen heeft.
Is dat niet ietwat in tegenspraak met p. 49:
Ten tweede is er de nuttige vriendschap: dat zijn vrienden die een klusje doen voor jou en jij voor hen. Bijvoorbeeld als je iemand nodig hebt om je band te plakken, of iemand die slim is en met wie je samen huiswerk kunt maken..
En op p. 27 wordt ene Robin Duncar genoemd.
Hij zegt dat je maximaal 150 contacten kunt onderhouden. Daaronder vallen natuurlijk je vrienden, maar ook je familie, buren, klasgenoten en bekenden. Dat noemen we 'Dunbars getal'.
Wie die Dunbar is, legt ze helaas niet uit en dat geldt ook voor de 'Griekse filosoof Aristoteles' op p. 20.
Maar op p. 113 beweert ze enthousiast dat je 'online veel meer mensen aan kan dan in het echt. Online hebben sommige mensen wel duizenden volgers of vrienden.'
Dat relativeert ze dan weer wel op p. 114.
Stine Jensen. Vriendschap is alles; met illustraties van Karst-Janneke Rogaar. Kluitman, 2017. ISBN 978 90 206 2234 8, 124 p.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten