Onder die titel stond er in Levende Talen Magazine 2019-8 een artikel door Victor Hernot over het 'project' 'Van kritische lezer tot volwaardig(er) burger', en dat project behelst het inzetten van literatuur bij lessen in burgerschapsvorming, waarover ik onlangs een stukje schreef.
Bij het artikel staat een charmante foto van een leerlinge, maar het artikel zelf is gortdroog en de auteur is het werkwoord nadenken kwijt. (Heeft dat vervangen door reflecteren. Tegenwoordig denken leerlingen niet meer na, maar ze reflecteren, uiteraard onder leiding van een bevoegd docent.) Het project is opgezet aan de lerarenopleiding van de Hogeschool van Amsterdam en behelst het 'geven van een nieuwe impuls aan het literatuuronderwijs door het burgerschapsonderwijs centraal te stellen'.
Dat burgerschapsonderwijs wordt opgevat zoals de Europese Commissie dat deed in een publicatie uit 2017, heel breed, zo breed en vol goede bedoelingen dat je je hart vasthoudt bij het idee dat alle docenten maatschappijleer en Nederlands dat zouden moeten gaan uitvoeren. (Ter herinnering, Hans Janmaat was ook leraar maatschappijleer.)
Uit wat volgt in het artikel blijkt dat het instrument bij uitstek van literatuur, taal, geheel ondergesneeuwd raakt. Poëzie is niet meer aan de orde, er moet vooral gepraat worden over motieven en ideeën. Literatuur blijkt daarbij ook een middel tot vermijding van al te directe gesprekken, die wellicht tegenstellingen tussen leerlingen zouden raken
Het vergt zeer bekwame en wijze docenten om hier iets moois van te maken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten