Maar wie is Kim?
Kim Veenman is een meisje, zou je bijna denken, als je leest hoe ze zich voorstelt of laat voorstellen. Toegankelijk, enthousiast, ze kijkt je glimlachend aan op de een-na-laatste pagina van haar boek.
Intussen weet ze volgens mij heel goed wat ze wel en niet over zichzelf kwijt wil. Geboortejaar en -plaats, relatie, kinderen: niet. Wel: dat ze hoogtevrees heeft en zie ook hier. Let ook op de wervende cookie-tekst: 'Ik gebruik cookies om je een fijne ervaring te bieden en om deze website effectief te laten werken.'
Laat ik het toch maar houden op een zelfbewuste jonge vrouw, die al dan niet geholpen door publiciteitsregelaars bij uitgeverijen, weet hoe ze zich in de markt moet zetten, zoals dat in die kringen heet. Bioloog, illustrator - en sinds Ik vlieg! prentenboekenmaker.
In Ik vlieg! met dieren in de lucht neemt een onbekende verteller ons mee de lucht in.
Dat begint zó:
Soms lig ik in het gras. Dan kijk ik omhoog naar de lucht.
Hoe zou het zijn om te vliegen? Hoe voelt dat? Als dat toch eens kon!
Vanaf de grond zet ik me af... mijn voeten gaan los en dan...
... ga ik hoger en hoger. Ik zweef.
Maar hoe zou ik vliegen? Laag boven de grond of heel, héél hoog?
Alles kan. Er zijn heel veel vliegmanieren.
En dan volgt een reeks dubbelpagina-afbeeldingen die wat van die vliegmanieren tonen, vanuit de lucht.
Invoelbaar, leuk gedaan. Niet alleen vogels, ook hommel, libelle, vliegende vis, zwevende spin, eekhoorn en slang komen langs.
En nu jij.
Je mag kiezen: als welk dier vlieg jij?
Doe je ogen maar dicht, zet je af en...
... VLIEG!
Daarmee is het boek echter niet uit, want op de hiernavolgende pagina's staat uitleg over de getoonde dieren en hun 'vliegmanieren'. Dat is mooi meegenomen, al is de tekst hier voor achtjarigen nog wat moeilijk te lezen, daarvoor moet je zo'n tien of elf jaar zijn en niet schrikken van de Engelse woorden dragonfly face. ('Zoek op internet': wel een leuke tip!) Het maakt het boek wel af, zo'n toelichting. Een geslaagd debuut, dus.
Bij het boek horen doe-tips en die introduceert ze op een kenmerkende manier:
Let op dat kruisje. Zou ze dat van Rien Poortvliet hebben afgekeken? Voor wie dat niet kent...
De doe-tips zelf (als pdf te downloaden, inclusief kleurplaat) zijn eenvoudig, maar niet verkeerd. Probeer inderdaad maar eens te vliegen, wat natuurlijk niet lukt, en voel welke spieren je hebt gebruikt. Kim Veenman, biologe, legt keurig uit dat juist die spieren bij vogels veel beter zijn ontwikkeld. Althans, bij vliegende vogels. Vogels die niet kunnen vliegen, zoals struisvogels, hebben dan weer extreem sterke poten.
Veenman, Kim. Ik vlieg! met dieren in de lucht. Lemniscaat, 2021. ISBN 978 90 477 1311 1, 34 p.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten