Zoeken in deze blog

zondag 13 februari 2022

1914-1918

Het viertal dat 1939-1945, Toen het oorlog was schreef, Annemiek de Groot, Roos Jans, Juul Lelieveld en Liesbeth Rosendaal (alle vier van Patsboem!sterin educatie), nam nóg een oorlog op de korrel. Het team werd daarvoor versterkt met Marrit Boogaars. De illustraties zijn opnieuw van Irene Goede. De opmaak en aanpak zijn ongeveer eender.
Ook hier een hoofdstuk dat we vooral eerst moeten lezen. En ook weer een hoofdstuk over dieren.

De inleidende opmerkingen in mijn bespreking van 1939-1945, Toen het oorlog was zou ik hier zo kunnen herhalen. Dat doe ik deels dan ook maar.
 
Het begrip oorlog lijkt me een lastig onderwerp om in de klas te behandelen, vooral wat betreft oorzaken & redenen. Het verschil tussen oorzaak en reden is trouwens ook al een punt van aandacht. Mensen kunnen redenen vinden om iets te doen, bijvoorbeeld een oorlog beginnen. Onderzoek naar waar die mensen hun redenen vinden brengt ons bij oorzaken, ketens van oorzaken. De geschiedenis toont ons lange ketens van oorzaken - al hebben we die ketens dan achteraf beschreven, terwijl men er in dat beschreven verleden soms heel anders tegenaan keek. Bij het beschrijven van menselijke handel en wandel ontkom je moeilijk aan interpretatie. Groepsdenken, wij-zij-denken, moraal, het zit beschrijven soms danig in de weg.

Wat is een oorlog? Is de almaar voortdurende reeks incidenten en raketbeschietingen in Israël en de Palestijnse gebieden een oorlog? Was de inlijving van de Krim door Rusland een oorlog? Zijn de onlusten in Bolivia een oorlog? Voeren voetbalfanaten van de ene club soms oorlog met die van de andere club? Is de West Side Story een oorlogsverhaal? Hoe zat het eigenlijk met de Kruistochten? Hoe zit het met de War on Drugs? Kunnen families met elkaar oorlog voeren? Betekent het iets dat het Van Dale Junior Woordenboek Nederlands in mijn kast (1994, 1e druk) geen lemma oorlog heeft?
Probeer het allemaal maar eens te bespreken met leerlingen zonder in versimpelingen te vervallen.
Een rollenspel kan leerlingen iets laten voelen van hoe oorlog ontstaat -  en kan als je niet oppast gierend uit de hand lopen.
The Lord of the Flies van William Golding (1954) en The Chocolate War van Robert Cormier (1974) zijn twee meesterlijke verhalen om in dit verband te noemen. Beide vertaald in het Nederlands, beide verfilmd.

Dat dus allemaal behandelen in een boek voor kinderen over de Eerste Wereldoorlog.
Zijn de makers van dit boek daarin geslaagd?
Het korte antwoord: ja. Misschien moet ik het daarop houden, want het lange antwoord bevat veel argumenten uit de beoordeling van 1939-1945, Toen het oorlog was.
Er is bijvoorbeeld geen verstandig nawoord 'Keuzes maken', zoals bij 1939-1945, Toen het oorlog was, want dat ontbreekt, maar wel wordt verwezen naar wat er nog meer te ontdekken valt.
En ook hier een degelijke en uitgebreide inhoudsopgave, die bijna een mooie inleiding is. 
 
 
Ook hier verantwoord, goed gekozen beeldmateriaal. 
Neem bijvoorbeeld dit overzicht van bondgenoten, met inleiding.



Goed doordacht, die tekst: 'Sommige landen ken ik niet. Hoe kan dat?' Want het spreekt niet vanzelf dat kinderen in de bovenbouw van het basisonderwijs namen als het Ottomaanse Rijk en Oostenrijk-Hongarije kennen.

Of neem dit begin van het hoofdstuk Vechten.
 

Bijna iconisch beeld van de eerste Wereldoorlog, die modderboel met dode bomen.
Ook dit boek is bestemd voor kinderen van pakweg tien en ouder, en die zullen het zeker tot zich kunnen nemen, maar biedt ruim voldoende voor geïnteresseerde volwassenen met de vraag hoe-zat-dat-ook-alweer.



Groot, Annemiek de, Marrit Boogaars, Roos Jans, Juul Lelieveld en Liesbeth Rosendaal. 1914-1918, Toen het oorlog was; ills. Irene Goede.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten