Een bericht in de e-postbus: Licht op lezen lente 2015.
In het redactioneel windt Hanneke Koene er geen doekjes om: dit wordt de laatste aflevering, het Licht gaat uit.
' Het was een experiment om een digitaal tijdschrift te bedenken dat absoluut niet op papier zou kunnen. Rust was belangrijk en verdieping en een zekere blijvende waarde. Het digitale gaf immers mogelijkheden om te actualiseren, mocht dat nodig zijn.
Schrijvers de mogelijkheid geven zich te presenteren, boeken oppakken, lezen en beschrijven op een manier die ook kijkt naar de mogelijkheden en de redenen om ze aan kinderen en jongeren aan te bieden, zoeken naar het belang van lezen.
Licht op Lezen wilde een kompas zijn voor leerkrachten en ouders die het belangrijk vinden dat kinderen lezen. Licht op lezen wilde een podium zijn voor auteurs die de moeite waard zijn en die op andere podia niet of niet voldoende aan bod komen.Licht op Lezen wilde toegankelijk blijven, niet alleen voor ingewijden of literair deskundigen. Licht op Lezen wilde een kijkje in de keuken van het boekenvak gunnen en andere mogelijkheden met boeken aanreiken.
Maar Licht op Lezen was ook een middel om De Boekenwurm te redden. De hoop was er om via een spotgoedkoop abonnement zoveel abonnees te verwerven dat het mogelijk was een tweede geldstroom op gang te brengen voor de boekhandel. In plaats van koffie en gehaktballen wilden wij onze kennis en ervaring verkopen. Het blad zou niet alleen voor De Boekenwurm werken, maar alle boekhandels dienen via de Boekenwurmonline, de enige boekenwebwinkel die belangstellenden de mogelijkheid gaf om een boek bij hun eigen boekwinkel te kopen. '
Als een verrassing komt het niet. De laatste keer dat ik Hanneke sprak, op 27 januari in Maastricht, was ze druk bezig met de inrichting van de winkel, op de nieuwe locatie, op een steenworp afstand van de oude. En ze stelde droogweg vast dat ze eigenlijk bijna geen privéleven meer had. Winkel, tijdschrift en gemeenteraadslidmaatschap slokten onbehoorlijk veel tijd op.
Het aantal abonnees op Licht op lezen was ook teruggelopen, veel eerste abonnees verlengden hun lidmaatschap niet, hadden er, om Hanneke's al eerder geciteerde woorden te herhalen, 'die lullige twaalf euro' niet voor over. Ze dacht het dit jaar nog te proberen, maar als het dan niet zou lukken...
Met de haar kenmerkende voortvarendheid (en impulsiviteit) heeft ze de knoop nu al doorgehakt.
En als ze moet kiezen, zo blijkt, dan ligt haar hart bij de winkel. (En, neem ik aan, bij het politieke werk.) Ik kan me er van alles bij voorstellen.
Ze schrijft er in haar rubriek Hanneke's dit over:
'Mijn besluit is niet abrupt, maar ook niet heel traag genomen. Zoals gewoonlijk is het een proces in je hoofd, een opeenstapeling van factoren en een paar doorslaggevende momenten. Voor ik vertrek zal ik het hier uitgebreid beschrijven.'
Wat betreft periodieken over jeugdliteratuur blijven nu alleen Literatuur zonder leeftijd en Lezen over, al is dat laatste formeel geen tijdschrift over jeugdliteratuur (zie ook hier). Geen van tweeën heeft een digitale afdeling. De nieuwtjes worden overgelaten aan Leesplein.nl (dat ook korte interviews publiceert) en Jeugdliteratuur.org, beide gratis (want gesubsidieerd). Plus Leesfeest.nl, Kjoek en nog wat websites.
Ook Lezen is trouwens gratis - al staat niet vast dat het gratis blijft, begreep ik onlangs. Het heeft geen digitale afdeling, maar het tijdschrift is wel als pdf te downloaden.
Literatuur zonder leeftijd heeft academische pretenties en status, en wordt uitgegeven door IBBY Nederland. Met de titel wordt bedoeld dat jeugdliteratuur ook voor volwassen lezers te genieten kan zijn. Intussen is de inhoud doorgaans vooral gericht op onderzoekers: door ons voor ons.
IBBY Nederland is de Nederlandse sectie van de International Board on Books for Young people (IBBY). Literatuur zonder leeftijd zou eerder een blad kunnen zijn van de Nederlandstalige afdeling van de IRSCL (International Research Society for Children's Literature). Het heeft ook nauwe banden met de masteropleiding jeugdliteratuur van de Tilburgse universiteit.
Het eerste deel van de laatste aflevering van Licht op lezen bevat o.a. interviews met auteur Ronald Giphart (die alleen maar wil schrijven over 'vriendelijke mensen'), MS-patiënte en lezer Anke van Gend, en hoogleraar Maurice de Greef (over laaggeletterdheid). Kinderboekambassadeur Jacques Vriens levert zijn laatste bijdrage - hij is dit voorjaar opgevolgd door Jan Paul Schutten.
Allemaal films, opgenomen met Hanneke's tablet.
'Eerste deel van de laatste aflevering', ja, want ook deze 'editie' komt in stukjes en beetjes tot ons.
De kracht van Licht op lezen zat 'm in het ongebreidelde enthousiasme waarmee de enige redacteur (Hanneke) er op uit trok, auteurs interviewde over hun werk, dat ze uiteraard goed gelezen had, leerkrachten interviewde over hun inspanningen om boeken onder de aandacht te brengen, en zo meer. Het spettert, zit vol leven en liefde voor boeken. Het was alleen daarom al de moeite waard om te steunen. Voor die 'lullige twaalf euro' per jaar kreeg je een vracht informatie en ideeën.
De zwakte was precies dat eenpersoonswerk. Ze vergat een goed functionerende meerkoppige redactie te vormen, die haar veel werk uit handen kon nemen en lijnen voor de toekomst kon uitzetten. Ze vergat het promotietraject - je krijgt niet zomaar lezers en je houdt ze ook niet vanzelf vast.
Haar motief was de winkel te redden - niet het meest ideale uitgangspunt om een periodiek op te starten. Dat blijkt ook uit de wat ongelukkige titelwisseling: eerst Boekenwurmblad, daarna Licht op lezen.
Ze benutte ook niet optimaal een van de belangrijkste mogelijkheden van internet, namelijk om onmiddellijk te publiceren. Het idee van 'afleveringen' of 'edities' is afkomstig van gedrukte periodieken, een 'digitaal tijdschrift' laat in dat opzicht kansen liggen.
Het kriebelde wel. Er zat en zit potentie in Licht op lezen. Met haar redactionele uitgangspunten was weinig mis. Ik citeer ze nog eens:
'Schrijvers de mogelijkheid geven zich te presenteren, boeken oppakken, lezen en beschrijven op een manier die ook kijkt naar de mogelijkheden en de redenen om ze aan kinderen en jongeren aan te bieden, zoeken naar het belang van lezen.
Licht op Lezen wilde een kompas zijn voor leerkrachten en ouders die het belangrijk vinden dat kinderen lezen.
Licht op lezen wilde een podium zijn voor auteurs die de moeite waard zijn en die op andere podia niet of niet voldoende aan bod komen.
Licht op Lezen wilde toegankelijk blijven, niet alleen voor ingewijden of literair deskundigen.
Licht op Lezen wilde een kijkje in de keuken van het boekenvak gunnen en andere mogelijkheden met boeken aanreiken.'
En ik vul aan: Licht op lezen had een portaal kunnen worden dat de weg wees, ook naar andere websites over kinderboeken.
Hanneke Koene stopt even impulsief als ze begon. Zelf vindt ze het, geloof ik, niet zo impulsief, maar kenmerkend is dat zal in de verleden tijd over Licht op lezen schrijft, terwijl je op de website van De Boekenwurm nog een abonnement kan nemen.
Wie pakken de draad op?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten